ES Po
Hur kan jag varma
mitt husl985?
E=mc
FORUM ATOMKO ESPAMOt
Een merkwaardig voorbeeld van pro-kernenergievoorlichting in Spanje:
Prof. dr. Albert Einstein op een sticker.
gie is zo'n geladen zaak. Maar dat ter
zijde.
Het eerste nadeel van een referendum
is, dat tijdens de „voorronden" diegenen
de grootste invloed op de publieke me
ning kunnen uitoefenen, die er het
meeste geld tegenaan kunnen werpen.
In een referendum over de toepassing
van kernenergie is dan ook gewoonlijk
de atoomlobby het best bij kas. Tijdens
een referendum over kernenergie in
Zweden is gebleken van welk doorslag
gevend belang de duiten en de daarmee
ingekochte kennis van beïnvloedings
technieken plegen te zijn.
In een referendum is de „kiezer" die
zijn mening geeft niet zo werkelijk vrij
als hij meende. Een goed referendum
zou onafhankelijk van welke belangen
groep dan ook moeten kunnen worden
voorbereid en uitgevoerd. Als het niet
van vreemde financiële smetten vrij is,
moet men de uitkomsten wantrouwen.
Een tweede eis die men aan een re
ferendum moet stellen is, dat de deel
nemers zich een zekere mate van des
kundigheid eigen moeten hebben ge
maakt. Welnu bij normale referen
dums ontbreekt de mogelijkheid om de
deelnemers stelselmatig te trainen en
te vormen. Wat zijn „weten", pikken zij
op uit reclamespots! De maatschappe
lijke energiediscussie heft dit bezwaar
in hoge mate op.
Ja/nee of vaag.
Een volgend nadeel van de volksraad
pleging is, dat de vraagstelling bijna
altijd een ja/nee-situatie inhoudt, dan
wel dat er een vraagstelling wordt ge
bruikt die zo vaag is, dat men als deel
nemer niet eens weet waar het om gaat.
In een Zwitsers referendum over kern
energie werd bijvoorbeeld gevraagd:
„Bent u het eens met demonstraties te
gen de kernenergie?" In de campagnes
rondom dit referendum werd de indruk
gewekt, dat het van belang was om
„nee" te zeggen. Maar zoals de opmerk
zame lezer begrijpt wie in dit refe
rendum „nee" zei, verklaarde daarmee
niet dat hij tegen kernenergie was,
maar juist ervóór!
Griezelig is ook de politieke nagalm
van een referendum. Daarvoor moeten
wij naar Oostenrijk kijken, waar bonds
kanselier Kreisky zijn eigen politieke
bestaan aan een referendum over de
inbedrijfstelling van de kerncentrale in
Zwentendorf bij Wenen, koppelde. De
Oostenrijkers wisten niet meer waar het
referendum eigenlijk heen wou: was het
nu om Kreisky weg te werken, of was
het om een kerncentrale in bedrijf ge
steld te krijgen? Of allebei? De kern
centrale waar het om ging is nooit in
bedrijf gesteld en in april van dit jaar
is Kreisky opgestapt. Misschien dat zijn
opvolger, met een beter gedefinieerd
ontwerp voor een referendum, de kern
centrale wel weer in bedrijf zal mogen
stellen!
Maar de hamvraag: wat wil het volk
nu eigenlijk?, is dan nog steeds onbe
antwoord. Volksraadplegingen hebben
als grootste bezwaar dat men er als
de uitspraak eenmaal gevallen is niet
meer op terug kan komen, zonder dat
men de democratische spelregels grof
geweld aandoet. Referendums zijn te
veel een campagne en te weinig een
vorm van education permanente.
Wie de lijst met bezwaren overziet zal
onze energiediscussie net als de
meeste deelnemers aan de workshop van
de Europese atoomlobby het summum
vinden.
Orwelliaanse angst.
Natuurlijk kan men de vraag stellen
of het nu zo erg is dat een referendum
zo campagne-achtig is. Een voordeel is
toch, zal men zeggen, dat een regering
die een referendum uitschrijft, zeer snel
en zeer duidelijk weet waar zij aan toe
is, zodat zij tot daden kan overgaan.
Ik denk dat er een scherp onderscheid
moet worden gemaakt in de zaken die
men wel en die men niet door middel
van een volksraadpleging kan commu
niceren. Een goed voorbeeld van een
gemakkelijk communiceerbare vraag
vinden wij in het Zweedse referendum
over de invoering van rechts verkeer
op de wegen.
Dit probleem is gemakkelijk te ont
leden. Het kon moeilijk eenvoudiger en
zo is het derhalve echt een vraag van
„ja" of „nee". Voer voor een referendum.
Op een eenvoudige vraag komt een
eenvoudig antwoord. (Overigens wilden
de Zweden in meerderheid links blijven
rijden, maar de regering schakelde des
ondanks over op rechts verkeer!)
Bij de vraag: wel of geen kernenergie?
Zijn de antwoorden „ja" en „nee" bij
lange na niet meer voldoende. Het the
ma kernenergie wortelt nu eenmaal in
een soort Orwelliaanse angst voor de
toekomst en is verbonden met zulke
diepe, menselijke emoties, dat ik mij
afvraag of het thema als zodanig wel
communiceerbaar is! In elk geval, moe
ten wij vaststellen dat de kernenergie,
evenmin als het vraagstuk van de plaat
sing van kruisraketten, de geoorloofd
heid van abortus en euthanasie en het
DNA-recombinant-onderzoek, bij volks
raadpleging kan worden behandeld.
Daarvoor zijn zulke onderwerpen let
terlijk te gevoelig. Wij noemen een on
derwerp „oncommuniceerbaar" als het
neerkomt op het praten over de strop in
het huis van een gehangene.
In de campagne rond het Zweedse referendum over kernenergie werd het publiek
met suggestieve vragen bewerkt, zoals deze: „Hoe kan ik in 1985 mijn huis ver
warmen?" Het antwoord staat in de tekst onder de foto: door middel van elek
triciteit die met kernenergie is opgewekt!
27