Herinneringen aan de Poel ROOMPOT HAMMEN NOORDZEE SCHAAR VAN ROGCENPLAAT ROOMPOT windturbines hydroturbine NOORD-BEVELAND ZKM Het bouwdok op de Neeltje Jans ideale plaats voor een waterwindcentrale. NAP. Daar kan een immense watermassa in worden opgeborgen. Met behulp van vijf tien grote windturbines die een serie pom pen aandrijven, wordt het energiebekken op niveau gehouden. Als er een lange tijd geen windaanbod van betekenis is, kunnen de pompen ook worden aangedreven met (goedkopere) „nachtstroom" uit de PZEM- centrales. Op momenten dat er behoefte aan elek triciteit is, laat men het energiebekken langs dezelfde pompen die het op niveau hebben gebracht, leegstromen. Echter: de pompen werken nu als waterkracht-turbines. Dit type pomp/turbine is al vele jaren ge leden ontwikkeld. De maximale jaaropbrengst van de Oos- terschelde-centrale zal in de buurt van de 80 miljoen kiloWattuur liggen. Deze elek trische energie kan zonder moeite door het hoogspanningsnet van de PZEM in Zeeland worden opgenomen. Enkele markante voordelen van het Energo-plan springen direkt in het oog. Dankzij de opslag van de windenergie in een groot waterbekken, is er afgerekend met het nadeel van de grilligheid in het windaanbod. Verder kan het Energo-projekt een belangrijke voorstudie betekenen voor de grootse projekten van de verre toekomst, waartoe het zogenaamde „plan Lievense" behoort. Dit plan behelst de bouw van een wind- waterkracht-centrale in een ingepolderde Markerwaard. Milieugroepen hebben zich al tegen dit plan uitgesproken, omdat het te grootschalig is. Hoewel het Energoprojekt niet bepaald miniatuurwerk behelst, geeft het toch ook goede mogelijkheden om de invloed van een wind-waterkracht-centrale op het landschap en het milieu te toetsen. Voor er werkelijkheidswaarde aan het plan kan worden gegeven, moeten de nodige miljoenen op tafel worden gelegd, teneinde alles grondig en tot in details door te re kenen. „De cost gaet voor de baet uyt", zeiden onze voorouders reeds. Ook in de tijd der alternatieven heeft deze oude wijs heid nog niets van zijn juistheid verloren! Voor mijn oud-leraar Jan Kousemaker. Ik stond te kijken op de plek waar 'k vroeger dikwijls kwam als ik ging zwerven in „De Poel" op zoek naar plant of zwam. Toen bloeide daar de meidoorn nog langs velden en langs wegen. De bloemen groeiden overal, men kwam van alles tegen. De koeien liepen zij aan zij verslonden 't groene gras. De kikkers kwaakten heel de dag vlak langs de waterplas. De vogels zongen 't hoogste lied. Het haas had er zijn stee en ook de koekoek in de lucht, die zong zijn toontje mee. Op elke bloem daar zat een bij en welig tierde 't riet, de reiger leefde bij de sloot en ook de karekiet. De wezel en de waterrat, de egel en de muis, zij allen woonden in de Poel en voelden zich daar thuis. Om vier uur was het meikerstijd, dan kwamen paard en wagen en reed de boer het weiland in tot waar de koeien lagen. En als de boer dan maaien ging, het geel en geurig hooi, dan was die wereld op z'n best wat was dat alles mooi. En als ik nu dat plekje zie lijkt alles wel verdwenen geen meidoorn en geen bloemen meer alleen wat gras en stenen. Waar eens een grote vlakte was de weiden van weleer. Loopt nu een grote autoweg een „ader van 't verkeer". Hier jagen auto's dag en nacht men ijlt en jaagt maar henen en niemand in die wagens denkt aan wat hier is verdwenen. Het „neuteboompje" staat er nog als toonbeeld van 't verleden, benzinelucht en dieselstank die wijzen naar het heden. En in de verte staat de Kerk van 't dorpje, eens mijn thuis, hoewel vlakbij, ik voel me nu heel ver, heel ver van huis. En in mij voel 'k een zacht verdriet iets als een smeulend zeer. En 'k hoor een droef ijl stemmetje, dat zegt: voorbij nooit weer! Goes, 20-8-77. Gommert de Kok. 20

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1982 | | pagina 20