Orgel in Middelburgse Oostkerk: Instrument met twee stijlen Tekst: Ineke van Loon. Foto's: Johan Beirevoets, Zierikzee. Het orgel in de Nederlands Hervormde Oostkerk in Middelburg heeft zeven endertig stemmen en tweeduizendvierhonderd en vijfenvijftig pijpen. Wanneer organist Freek de Keizer er op speelt, dan is hij zich daarvan bewust. Dan benut hij de mogelijkheden van dat fraaie kerkorgel, dat helaas nog maar weinig voor concerten wordt gebruikt. Sinds de restauratie, die in 1971 door de orgelbouwer Ernst Leeflang werd voltooid, is het een heerlijk instrument, beter dan ooit. Inspirerend. „Een orgel dat blijft inspireren", vindt de heer De Keizer. „Het is eigenlijk een kruising tussen Nederlandse en Vlaamse orgelbouw. Oud Franse muziek klinkt er prachtig op, maar ook Bach." Het is geen wonder, dat dit orgel doet denken aan beide vormen van orgelbouw. Het werd ontworpen door de Middelburgse stadsorganist Willem Lootens en gemaakt door de Belgische bouwers Petrus en Jo hannes de Rijckere in Kortrijk. Die combi natie bleek aanvankelijk helemaal niet zo best en werd pas bevredigend nadat eerst Joachim Reichner in 1782 en later Johannes van Overbeeke in 1787 eraan hadden ge sleuteld. Echt goed is het pas sinds 1974. Met de pet rond. De zeventiende eeuwse Oostkerk in Mid delburg had destijds heel wat geld gekost. Een flink kerkorgel kon er daarom niet meer af en de gemeente behielp zich met een kabinetorgel. In 1763 lag er wel al een plan voor een speciaal kerkorgel voor deze prachtige Oostkerk klaar, maar ge bouwd kon het toen niet worden. Toen echter de psalmberijming in 1776 werd in gevoerd, werd het gemis steeds duidelijker gevoeld en vanuit de bevolking van Middel burg groeide het initiatief om dan maar geld in te gaan zamelen om een orgel te laten bouwen. De magistraat van Middelburg keurde dat plan goed en zo werd er „met de pet rond gegaan". Dat leverde de lieve som van 14.400,— op naar huidige begrippen een groot bedrag en zo kon in 1779 het orgel worden aanbesteed. Bouw. De Middelburgse orgelbouwer Johannes van Overbeeke was in die dagen al op leef tijd en durfde zo'n groot werk niet meer aan. Omdat bekend was, dat de Belgen goedkoper werkten, kregen Petrus en Jo hannes de Rijckere de opdracht. Ze togen naar Middelburg in 1780 en begonnen hun werk in een pakhuis tegenover de Oostkerk. Later in een vertrek in de kerk. Dat vertrek is er nog en wie de kans krijgt de kerk te bekijken en de „omlopen te maken" komt deze kamer nog helemaal onveranderd tegen. Vernietigend. Al tijdens de bouw ontdekten de deskun digen, dat de De Rijckeres niet in staat waren dit orgel te bouwen, ook al beweer den zij ,,dat het hun al om 't even was of zij in Vlaamse, dan Hollandse gousting werkten". Bovendien hadden ze er een hekel aan om op hun vingers gekeken te worden en zo kon het gebeuren, dat zij het orgel met de fouten afbouwden. Toen het in februari 1782 klaar was, was de keuring dan ook Organisteningang van de Oostkerk. 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1977 | | pagina 5