Zeeland Magazine Een sprekend voorbeeld hiervan is het grotere familielid van onze muizen, de Lemming in Noorwegen, deze kan door zijn aantal in het vierde jaar van de cyclus zelfs verkeersoverlast veroorzaken! Wanneer er een klein voedselaanbod is, zullen bijv. de Torenvalk en de Kerkuil een geringe hoeveelheid (2 a 3) jongen grootbrengen, in het tegenovergestelde ge val kan een legsel oplopen van vijf tot zeven jongen, ook een keer extra broeden in jaren van overvloed is beslist geen uit zondering. Zeeland is bepaald niet gezegend met veel stootvogels- en/of uilensoorten die broedvogel zijn, het meest komen nog Torenvalk. Kerkuil en Ransuil voor. Bruine Kiekendief, Velduil en Steenuil zijn nog schaarser. Voor alle hier genoemde soorten geldt echter het predicaat: zeer zeldzaam! In het winterhalfjaar komen wat meer soorten en wat hogere aantallen voor, dit zijn deels doortrekkers, deels wintergasten. worpen voordat ze vrij worden gegeven voor gebruik. Zowel vlees- als visetende vogels staan aan het einde van een zogenoemde voedsel keten. Ik zal in het kort duidelijk trachten te maken wat dit is. Een voedselketen (er zijn er vele) begint bij de microscopisch kleine diertjes, deze krijgen het vergif met hun voedsel in zeer kleine hoeveelheden in het lichaam. Dit gif wordt niet afge broken of uitgescheiden maar opgeslagen in de vetweefsels. Deze diertjes worden op gegeten door wat grotere en op hun beurt ook weer door andere, de concentraties vergif worden naar gelang de keten langer wordt steeds groter. Aan het einde van zo'n keten staan in dit geval onze stoot vogels en uilen, deze worden over het al gemeen niet meer door andere dieren ge geten. Zij kunnen dus na kortere of langere tijd dodelijke hoeveelheden in het lichaam krijgen, wat trouwens reeds vaak gebeurd is, te vaak. Veel soorten worden hierdoor met uitsterven bedreigd. Ook bij nog niet letale hoeveelheden kunnen deze vergiften namelijk funest zijn voor instandhouding van de soort. Het is bij onderzoek reeds meerdere malen geble ken dat de eieren van deze vogels niet Vooral de na-oorlogse jaren hebben een sterke daling van nagenoeg alle vleesetende vogels evenals visetende te zien ge geven. De belangrijkste oorzaak hiervan kan op rekening van allerlei persistente stoffen worden geschreven. Deze worden o.a. in verschillende bestrijdingsmiddelen voor land- en tuinbouw gebruikt en zijn middels natuurlijke ontledingsprocessen niet af te breken tot onschuldige elementen. Dit heeft tot gevolg dat deze vergiften zich door uitspoeling vooral in onze op pervlaktewateren ophopen, maar voordat ze daar terecht zijn gekomen heeft dat vaak aan verschillende stootvogels en uilen reeds het leven gekost. Gelukkig ziet men steeds meer het ge vaar van deze bestrijdingsmiddelen in, momenteel zijn daarom de middelen die D.D.T., Aldrin, Dieldrin en Heptachloor bevatten verboden. Ook worden alle nieu we ontwikkelde bestrijdingsmiddelen tegen woordig aan een strenge kontrole onder meer levensvatbaar zijn doordat het vergif de kiem doodde. Ook komt het voor dat de jongen vrij kort na het ei verlaten te heb ben sterven. Bij al deze ellende is vooral de laatste jaren nog een andere bedreiging gekomen, deze is nog moeilijker te bestrijden dan de vorige. Hierop doelde ik in de aanhef toen ik het over „ROOFvogels" had en die rang schikte in de tweede groep. De vogels uit de eerste groep jagen om in hun noodzakelijk levensonderhoud te kunnen voorzien, de andere „vogels" doen dat uit winstbejag. Het is op z'n zachtst uitgedrukt diep be treurenswaardig dat er altijd weer lieden zijn die, als iets zeldzaam wordt, ongeacht wat het is, niet schromen en er munt uit proberen te slaan. In dit geval gelukt ze dat dan nog ook! Uilen en stootvogels zijn n.l. tegenwoor dig een geliefkoosd handelsobject omdat verschillende mensen het voor hun status beslist noodzakelijk vinden om met één of meerdere geprepareerde vogels van bo vengenoemde soorten te kunnen pronken. Veelal wordt tegen iedere prijs het zo be geerde objekt gekocht. Het behoeft nauwelijks betoog dat het stropen van de gevraagde vogels en het klandestiene prepareren ervan hiermede flink in de hand wordt gewerkt. Bij de Vogelwet zijn alle handelingen verband houdende met deze vogelsoorten verboden. Alleen voor dood gevonden dieren bestaat een mogelijkheid deze legaal te laten prepareren. Evenwel, de mens is vindingrijk en er wordt meestal wel een gaatje gevonden om onder de wet door te duiken. Naast het veelal uit auto's schieten van de vogels worden de meest mensonterende praktijken gebezigd om de dieren gaaf in bezit te krijgen. Jongen worden in de nesten met ijzerdraad aan de poten vast gebonden. Wanneer ze lang genoeg door de ouden gevoerd zijn en hun verenkleed aanwezig is. worden ze gedood. Ook geaasde klemmen waar de dieren met de poten in terecht komen zijn een gelief koosd vangmiddel. Het dier wordt er niet door beschadigd en behoudt dus zijn waar de. Dat het helse pijnen moet lijden is van minder belang Zolang de Vogelwet op dit punt niet ver andert, men zou bijv. ALLE handel in ge prepareerde stootvogels en uilen kunnen verbieden evenals het opzetten ervan; te vens zouden daarbij de strafmaten omhoog moeten, is aan deze praktijken weinig te doen Het enige wat mij overblijft is een beroep op u te doen: maak de handel in deze vogels onmogelijk door ze niet te kopen. Als de vraag daalt, volgt de markt van zelf Vergeef mij mijn onvolledigheid in dit artikel ten opzichte van de veld kenmerken. TJ beste lezer(es) bent, (hoop ik) een lief- hebber(ster) van vrije vogels. Ik wilde echter niet het risico lopen dat mensen met minder goede bedoelingen hun voordeel met door mij verstrekte gegevens zouden doen. De weinige stootvogels en uilen die we nog hebben zijn deze onnauwkeurigheid waard! TIPGEVER In Zeeland was ik 60 jaar. En met een Zeeuws blad [was ik klaar. Nu reis ik in binnen- en [buitenland. Zo mogelijk met Zeeland [Magazine in de hand. Buiten Zeeland tóch in [Zeeuwse sfeer! Zowel in Londen of Parijs! [Wat wil je meer. En de annonces!? Onthoud onze les In „Zeeland Magazine" [altijd succes DE NOOD, DEN HAAG. 22

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1974 | | pagina 22