JAN CAREL PILAAR. 279 oord ontvingen. Dit leidde tot eene hooger plaat sing, namelijk die van officier-instructeur aan de artillerie- en genieschool te Delft. Hij vertrok der waarts den 17den julij 1823. Die bestemming werd echter door hem, en toen ten tijde ook aan het minis terie van marine, als tijdelijk beschouwd; dit althans lag, naar onze meening, opgesloten in de uitdruk king, voorkomende in de schriftelijke aanstelling „met behoud van rang in het vaste corps zee-officie ren," die wij liefst niet willen aannemen, dat slechts eene ijdele formule zal geweest zijn. Het lijdt geen twijfel dat pilaar met zijne nieuwe plaatsing ingenomen was; bovendien geeft de getui genis zijner vrienden ons daar de verzekering van. Immers hij vond te Delft eene gelegenheid om zich verder te ontwikkelen en te bekwamen, die hij overal elders misteden omgang namelijk met zijne ambtgenooten aan de zelfde inrigting, waaronder mannen van wetenschap en erkende bekwaamheid aangetroffen werden. Maar, nog in een ander op- zigt mogt de genoemde plaatsing pilaar welgeval lig zijn, daar zij hem, gelukkig in het vooruitzigt

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1856 | | pagina 335