ALLES VERGEEFSCH. 167 en blokjes aaneenvoegde, waarvan haamstede noch de vrouwen het minste begrepen en waaromtrent de vreemdeling steeds alle navraag vermeed. Telkens wanneer hij zijn tafel, al was het slechts voor weinige oogenblikken, verliet, bergde hij zijne teekeningen en snijwerk zorgvuldig in een eiken kistje, waarvan hij altijd den sleutel bij zich droeg. Men kortswijlde menigmalen met zijn knutselen, maar de nieuwsgierigheid week voor het luisteren als hij de luit nam en met eene zuivere basstem de nationale liederen zong, die destijds in zijn vader land in omloop waren. Intusschen bemerkte het scherper oog van vrouwe Cornelia iets, dat blijkbaar aan den blik van haar echtgenoot ontging. Dat oog rustte niet zelden on bemerkt op hare dochter haezb, als deze hing aan de taal en den zang van den vreemdeling, en weder- keerig las in het bezielde oog van den jongman als hij, gloed en leven leggende in de toonen die hij voortbragt, de schoone maagd aanzag met een blik, waarin eene ontluikende, met eiken dag nieuw voedsel ontvangende liefde niet was te miskennen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1856 | | pagina 217