DER STAD VLISSINGEN. 173 De handelmaar voornamelijk de visclivangst die ruime bron van bestaan waaraan de Zeeuw- sche steden meerendeels hare opkomst te danken hebben, was toen reeds van eenig belang ge worden, waarvan de handvesten, vrijheden, regten en keuzen door den zelfden graaf van Vlissingen gegeven, een overvloedig bewijs op leveren (4). Hij schonk haar ook toen stede- delijke voorregten; terwijl de door hem gege- vene keuren zoo wel strekten om den bloei dei- stad te bevorderen, als om de ingezetenen in goede onderlinge verstandhouding te doen le ven, en aan de vreemdelingen, die er zich mogten ophouden, bescherming en er een veilig verblijf te verzekeren. Later werden die bloei en het welzijn der burgers door de straks ver melde landsheeren uit de huizen van borselen en BOüKGONDië steeds voorgestaan en behartigd, die echter meestal elders dan in Vlissingen hun vast verblijf hielden (5). Intusschen bleef Vlissingen een geruimen tijd eene opene en van wallen onvoorziene plaats,

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1855 | | pagina 219