AOKTAAN UYTTENHOOVEN. 83 punt overzag, waarop hij zich geplaatst vond, was juist de man, die, aan den eenen kant voor zijne gemeente een allernuttigste herder en leeraar kon wezen en aan de andere zijde voor haar een kloek en onbeschroomd, maar tevens waar het pas gaf wijs en gematigd ver dediger van regten, zoo ligt miskend in het aan priesterheerschappij overgegeven Antwerpen. Van het eene en het andere gaf hij vele en klare bewijzen. Vond hij in omgang met officieren der Oos- tenrijksche bezetting eene aangename gelegenheid tot het voldoen aan zijne zucht voor het mili taire wezen, waartoe hem het met hen spijzen hij woonde op kamers en was ongehuwd eene gedurige aanleiding gaf, dit vrolijk verkeer benam niets aan de gemoedelijke trouwmet welke hij het werk behartigdewaartoe hij naar die uiterste voorposten van het Protestantisme gezonden was. Hij beschouwde en te regtzij nen werkkring uit het ruimste gezigtspunt. Zoo herinner ik mijhem meermalen te hebben hoo-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1855 | | pagina 129