7 O LEVENSSCHETS VAN Dat hij zich naauw aan Bellamy aansloot was niet te verwonderen bij de groote overeen komst die beide met elkander hadden. Had in dien tijd van wrijving tusschen de stadhouder lijke en zoogenoemde patriotische partij Bellamy zich aan de laatste aangeslotenook tjytten- hooven huldigde hare beginselen; maar klopte des eenen hart hoog voor het vaderland en voor al wat goed is en edel, ook de ander deelde die geestdrift. En had de natuur in beiden eene niet gewone mate van levendige verbeel- ding gelegd en tevens aan beiden een krach- tigen ligchaamsbouw geschonken de een zoo wel als de ander onderscheidde zich door niet alledaagsche zucht tot oorspronkelijkheid, waar van men dan ook blijk vindt in het gedicht door zélandüs zijnen vriend toegezongen. De laatste sloeg de hand zelf niet aan de lier, en wat de letterkundige waarde zijner uitgegeven geschriften aangaatik ben aan de waarheid ver- pligt te zeggen, dat zij zich meer kenmerken door degelijkheid van inhoud dan door behagelijkheid

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1855 | | pagina 116