macht, ofwel bij enige bank of de regering of wat dan
ook. Dus onze Zeeuwse link is ver weg.'
Uw betovergrootvader zat in de hoogste klas van de
Latijnsche School in Middelburg en startte daar met
een aantal klasgenoten een dispuut. Een serieus dis
puut. Er moest gepraat worden en dat beviel, want een
lichting van die jongelui kwamen aan in Leiden en
zette het dispuut voort. Men kwam aanvankelijk om
de veertien dagen bij elkaar om serieuze voordrachten
te houden, kwesties te bespreken en beboet te worden
als je dit niet deed of dit niet goed genoeg deed. Het
was iets meer dan studentenjolijt.
'Ja, als we de geschiedenis van Non Sordent bekijken
en mijn Non Sordent ervaringen daar tegenover zet
ten, dan was Non Sordent in mijn tijd voornamelijk
een dronkenmansdispuut. Er werd vaak gedineerd,
meestal met mosselen. De schelpen werden dan
over onze schouders de zaal in geworpen, dat was
gewoonte. Er werd enorm veel gedronken en er wer
den Zeeuwse liedjes gezongen.
Als je een echt dispuut wilde, dan moest je in de
jaren zeventig van de vorige eeuw helemaal niet naar
Non Sordent gaan. Dan ging je naar een intellectueel
corpsdispuut. Ik was lid van Utile Dulci. Dat was een
dispuut waar je inderdaad voordrachten hield en dis
cussieerde. En niet zoveel dronk. Dus Non Sordent
was in mijn ogen in onze tijd, ik kwam aan in 1969,
gedegenereerd tot een gezellig zuipclubje, een diner
clubje. Ik kan me niet herinneren dat er hoogdravend
gediscussieerd werd.'
Wat is Zeeuws eigenlijk? Hebt u het idee dat u er
Zeeuwse bloed door uw aderen stroomt? Wat onder
scheidt Zeeuwen van andere groeperingen in ons
land?
'Dat is een sociologische vraag waar ik geen exper
tise in heb. Indien ik kijk naar wat mijn voorou
ders naar alle waarschijnlijkheid gedaan hebben,
dan was de slavenhandel een van de manieren
waarop ze rond 1632 geld verdienden. Ik geloof
overigens niet dat er enig bewijs voor die stelling
is. Maar is dat nou typisch Zeeuws? Ik hoop het
niet voor de Zeeuwen, maar in die tijd was het
kennelijk buitengewoon winstgevend. Dus ik denk
dat de provinciale eigen aard in elke tijd weer een
beetje anders is. Een tijdje geleden zocht ik een of
ander antiek kastje, dat in Zeeland te koop was. Bij
die gelegenheid zag ik de traditionele godsdiensti-
gen in keurige zwarte kledij over straat schuifelen.
Ik dacht: De Zeeuwen lopen misschien toch wel
een beetje achter in de vaart der volkeren. Maar ik
heb hier eigenlijk geen expertise in. Ik weet wei
nig van de Zeeuwse volksaard.'
In welke mate voelt u zich betrokken bij Zeeland?
'Ik voel mij helemaal niet hartstochtelijk Zeeuw en
misschien ook niet Nederlander. Mijn vakgebied is
internationaal. In mijn studententijd ben ik wegge
gaan. Ik vond Nederland soms beklemmend en vaak
kleingeestig. Ik heb eerst in Oxford gewoond en toen
in Parijs en in Duitsland en ik heb gewerkt in België.
Je gaat Nederland dan een beetje met een afstandelij
ke blik bekijken. Je ziet de voordelen, maar je ziet ook
de beperkingen. En dat geldt zeker voor Zeeland. Je
hebt nu het University College Roosevelt, een kleine
dependance van de Universiteit van Utrecht in Mid
delburg. Ik geef er weieens college en dan vind ik het
heel aardig om in Middelburg rond te lopen. Maar ik
denk dat je in een middag Middelburg bekeken hebt.
Dus het is niet zo dat ik een hartstochtelijke Zeeuw
ben. En als je je afvraagt: Waarom word je lid van
zo'n streekgezelschap? Dan komt dat doordat je fami
lie er toevallig een band mee heeft.'
Op de Wikipedia van Non Sordent staan drie bekende
oud-leden van Non Sordent.
'Ik heb de website niet bekeken. Had ik moeten doen.'
U staat op voet van gelijkheid met een Soldaat van
Oranje. Hoe voelt dat?
'Dat had ik moeten bekijken natuurlijk. Dat klinkt
heel mooi. Maar ik denk dat dat niet aan mijn Zeeuw
se hartstocht te danken is.'
Nee?
'Nee. Je wordt, als je niet uitkijkt, vaak gebruikt voor
allerlei doeleinden. Ze hebben niet mijn toestemming
gevraagd of ik erop wilde.'
Als ze dat zouden doen? Dan zou je zeggen: Doe
maar.
'Dan zou ik zeggen: Neem misschien een echte
Zeeuw.'
59