GLAASJE, JASJE De mores van Leidse Zeeuwen De studie en het studentenleven werden in de jaren zeventig steeds vrijer. Democratisering alom, totdat ons land onder Lubbers I aan het begin van de jaren tachtig in de greep kwam van bezuinigen en no nonsense. Universiteiten professionaliseerden en het academisch onderwijs werd onderwijs voor velen. De Corpora verloren daarmee hun exclusieve karakter. In 1974 fuseerde het mannelijke Leidsche Studenten corps met de Vereeniging voor Vrouwelijke Studenten te Leiden en heet sindsdien de Leidse Studenten Ver eniging Minerva (LSV Minerva of kortweg Minerva). Voortaan was er een gemengde sociëteit, maar de meeste subverenigingen zoals ook Non Sordent, ble ven ongemengd en handhaafden hun glorious isolation in een toch wel snel veranderende wereld. Non Sordent handhaafde haar gewoontes, zoals neergelegd in de Wetten. Maar de leden veranderden natuurlijk wel. De Wetten gingen een steeds geringere rol spelen en praat je nu met leden van het huidige Collegium Illustre, dan is er vrijwel niemand te vin den die nog iets weet, of zich veel aantrekt van de Wetten van 1928, die, voor zover na te gaan, in elk geval tot aan de jaren zestig toch wel werden geres pecteerd door de meeste leden. Clubkonkelen en keuzes maken Het dagboek van oud-advocaat Dolph Boddaert, geeft een aardig inkijkje in de mores en de sfeer bij Non Sordent in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw. september 1956, groentijd, een zware tijd. Maar na de inauguratie en het clubkonkelen, begint het maken van keuzes. Wat ga ik doen in het Leids Studentencorps? Al gauw maakte ik kennis met een aantal leden van Non Sordent in Undis, zoals David Schorer, Rob Fruin, Dirk van der Minne, Adriaan Jacobovits, en jan van Epenhuy- zen. De laatste hoorde van mijn voorliefde voor Zeeland, en hij voorspelde mij: Je komt geheid in Non Sordent! De uitnodiging liet niet lang op zich wachten. Op 3 december zou het gebeuren. Ik moest wennen aan het taalgebruik. Ik herinner mij, dat de uitnodiging ook een menu bevatte, dat begon met een eerste zin: 'Van 'tjaere zuwwe het vuufde schofbehinne mee het lebbere van vreedvee flume!' De inauguratie zelf werd bijgewoond door een aantal ouwe piezen, die ook in de afwiesingscommissie zitting namen. Onder hen was Arie van Empel, die later mijn eerste werkgever zou worden. Dus op de knieën, jasje bin nenste buiten, een glaasje brandewijn op de rug, en zo 45

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2015 | | pagina 46