Leden van Non Sordent in Undis, 1925. Staand vierde van links J. Moolenburgh en rechts Dignus van Doorn; zittend links J. Dumon
Tak en rechts J. Heyse. Op de grond links P. Adriaanse
veel privileges. Studenten waren lange tijd vrijgesteld
van accijns op wijn en bier, hadden een eigen recht
bank en hoefden niet in militaire dienst. Nog eens iets
anders dan een OV-jaarkaart. Het leidde ook tot veel
spookstudenten, die nooit een collegezaal zagen.
In de Napoleontische tijd verdampten veel van die
voorrechten, maar wat bleef bestaan was 'het student',
de negentiende-eeuwse corpsbal, met een haat-liefde
verhouding tot de rest van het volk. De patriottische
journalist Gerrit Paape typeerde studenten in de Frie-
sche Courant als 'volstrekt onbekwame regentenzoon
tjes, die hun leven verdartelden met drinkgelagen,
gokken en hoeren'. De studietijd leverde, aldus Paape,
'eerder geslachtsziektes op dan bruikbare kennis'.
De gang van zaken bij de groenpraktijken leidde
er toe dat de minister van Justitie en Politie in 1807
aan de universiteiten vroeg om in te grijpen. In
Groningen staken de groensenaten in 1815 de hand in
eigen boezem en gingen één lichaam, één corpus, het
Corps, vormen. Een dergelijke ontwikkeling deed zich
in het hele land voor. In Leiden leverde dit evenwel
twee corpora op. De eerder genoemde groensenaat Vis
Unita Fortior waarbij Non Sordent was aangesloten en
die steeds meer studenten trok, versus een kongsi van
de andere meer progressieve groensenaten.
Klikspaan
In Minerva voor het Leven, een boek dat in 2014 werd
uitgebracht bij het tweede eeuwfeest van Sociëteit
Minerva, wordt overigens de trouvaille geponeerd dat
Minerva, de Sociëteit van het Leidsche Studenten
corps, zou dateren van 1814. Daarmee zou de sociëteit
- en niet dus het gelijknamige studentencorps - de
oudste van Nederland zijn. Het Corps zelf dateert van
1839 en is dus 25 jaar jonger. Een subtiel onderscheid,
dat in de publiciteit bij de feestelijkheden rond 200
jaar Minerva in 2014, niet altijd uit de verf kwam.
De trouvaille berust op de verrassende aanname
dat de Leidse schrijver Johannes Kneppelhout, alias
Klikspaan, zich in zijn schrijverij over de horeca van
Leiden vergist zou hebben. Volgens die auteur kwam
er in 1814 op de zolderetage van een verlaten koffie
huis aan de Breestraat in Leiden een clubje van
studenten bij elkaar. Het koffiehuis en het clubje
16