Willem Imandt, Berglandschap in de Preanger, ca. 1920. Olieverf op
doek, 50 x 70 cm. Foto: Anda van Riet.
In de Nederlandse kunstgeschiedenis is Indië, onze
voormalige kolonie, heel lang een nagenoeg onbe
schreven bladzijde geweest. Dat is op zijn minst
opvallend gezien de vele kunstenaars die er gewerkt
hebben en die de wondere wereld van Indië tot onder
werp van hun werk gemaakt hebben. Toch hebben
velen geen plaats gekregen in de canon van de moder
ne kunst. Voor de literatuur heeft de voormalige
kolonie heel wat meer opgeleverd. Multatuli met zijn
Max Havelaar uiteraard, Louis Couperus en natuur
lijk Hella Haasse. Op de omslag van dat boek staat
een reproductie van een geschilderde waringin, een
geliefd symbool voor het magische en mooie Indië.
Die magische boom blijkt geschilderd door Willem
Imandt, een van de kunstenaars die carrière gemaakt
hebben in Indië en in Nederland pas laat de aandacht
kregen die hun werk verdiende.
Dat Willem Imandt pas relatief laat aandacht
kreeg, had een paar bijzondere oorzaken. Allereerst,
hij was een selfmade kunstenaar. Hij was niet opge
leid aan een kunstacademie en is pas gaandeweg kun
stenaar geworden, naast zijn baan als onderwijzer in
de Oost. Hij opereerde in een ander circuit en in die
zin zou je hem als een outsider kunnen beschouwen.
Met outsiders heeft de kunstwereld altijd moeite. Er
is nog iets wat maakt dat de Indië-schilders zo lastig
te plaatsen zijn in een moderne-kunstgeschiedenis
die zo sterk focust op de avant-garde. Kunstenaars
als Imandt leefden en werkten in het verre Indië, in
tegenstelling tot de schrijvers die hun beroemd gewor
den Indische romans veelal in Nederland schreven en
publiceerden. In elk geval opereerden de schrijvers
59 Zeeuws Tijdschrift 2015 1-2