Pa muis die deed zijn jas aan en zijn schoenen En wreef zijn snorrebaard met brillantien, Hij moest tot slot zijn achttien kinderen zoenen En ging toen naar een ander huis uit zien Vader muis vindt een nieuw huis, waar geen radio staat, maar wel 'een vierkant dingetje maar o zoo klein! Zoo groot slechts als een val of een sigarenkist je, En dat kon toch geen radiotoestel zijn'. Natuurlijk blijkt het vierkante dingetje toch een radio, en wel een die zulke mooie klanken verspreidt dat de muizen moeder er geheel van in de ban raakt: Die muziek, die deed haar wenen van ontroering Van verlangen en van blijden hoop En ze bleef maar luisteren in vervoering En vergat geheel haar appelstroop! En 't was donker achter de gordijnen En daar sloop iets zachtjes naderbij... O Mamaatje ga toch naar je kleinen Luister niet meer naar die melodie! Gebruikmakend van dezelfde combinatie van zoet woordgebruik en zwarte humor die de spin Sebastiaan later zo ellendig aan zijn eind deed komen, liet Annie moeder muis smartelijk eindigen in de klauwen van de kat, haar gezin in diepe rouw achterlatend. En de oorzaak van dit alles, zo besluit het gedicht, is natuur lijk 'de Radio!'. De Philips-radio die Annie met de prijsvraag won, was het zevende toestel in het dorp, en het had bijna net zo'n uitwerking op haar dagelijkse leven als het op dat van het muizengezin had gehad. 'De hele boze buitenwereld kwam naar binnen. Jazz, charleston, operettes, socialistische redevoeringen, feministische praatjes. De boerendochters trokken hun klederdracht uit en droegen rokjes tot boven de knie met daaronder vleeskleurige kousen.' Veel meer dan de jaren zestig van dezelfde twin tigste eeuw, ervoer Annie deze periode als een echte seksuele en feministische revolutie. Eeuwenlang hadden vrouwen hun haar zedig opgestoken en hun benen verstopt, maar nu stond Linda, een Middelburgse catechisatiepupil van haar vader, op een goeie dag opeens met gebobd haar en een knielange rok voor de deur - dit tot zichtbaar ongemak van de stijve dominee. Op de vrouwenkrans Tabitha maakte de ene na de andere witkanten kap plaats voor een modieus kapsel, en zelfs de brave Wanne, die aan een val van de zolder trap in de pastorie een gehoorprobleem had overge houden en daarom na vier jaar bij een deftige mevrouw in Middelburg weer was teruggekeerd, overwoog op haar 'stads' te gaan. Annie veranderde van een gedwee moederskindje in een opstandige puber. Ze stak haar eerste sigaret op en experimenteerde tot afschuw van haar vader met poeder en lippenstift. Haar cijfers op school dui kelden naar beneden. 'Een rotschool' was het, zo schreef ze later, met 'aftandse leraren die ze maar in de provincie hadden gezet omdat ze in de stad niet konden functioneren'. 'Wat ze me bijbrachten is afkeer. Afkeer van Vondel, van Breero, van Goethe. Afkeer van biologie, afkeer van tekenen omdat we ein deloos kubussen moesten tekenen met slagschadu wen.' Voor haar opstellen kreeg ze keer op keer 'de chronische vlammende drie' en op haar rapport van 21 juni 1926 prijkten maar liefst negen onvoldoendes, waaronder een 2 voor Nederlands. Haar vlijt, het eer ste semester van dat schooljaar nog gewoon 'onvol doende', werd nu als 'zeer onvoldoende' geklassifi- ceerd. Ze bleef zitten en moest de derde klas over doen. Een ander kind dan ik mocht zijn werd ik pas in mijn puberteit. Opstand. Door erotische toestan den, bijvoorbeeld. Maar dat wilden ze toen niet erkennen, dat die bestonden. Een rottijd. Elke dag 6 kilometer fietsen heen en 6 kilometer terug. Overblijven in een soort gevangenis. En geen schoolkrant, toen, geen feestje of zoiets, niets, alleen maar vervelend leren. En ik was een heel slechte leerling. Werkte ook nooit hard, eer lijk gezegd. Al had ze dan zelf in zekere zin het tegendraadse voorbeeld gegeven, Truida moet de veranderingen in haar puberdochter met groot afgrijzen hebben aange zien. 'De hele toon was van moeder is niet boos, moe der is verdrietig! Verschrikkelijk, ik voelde me diep schuldig, maar toch ook weer kwaaiig en opstandig.' Wat Annies moeder waarschijnlijk niet kon of wilde beseffen, was dat de hechte, bijna symbiotische relatie tussen haar en haar dochter onder druk was komen te staan door het enige onderwerp dat ze niet kon wegla chen of bespotten, simpelweg omdat het voor haar 14 Zeeuws Tijdschrift 2002/5-6

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2002 | | pagina 16