COUPURE de wordingsgeschiedenis van een toneelstuk over De Ra Een toneelproductie over de Watersnoodramp van 1953. De Ramp. Kan dat eigenlijk wel? Hoe verbeeld je zoiets groots? Is een indrukwekkende, complexe en traumatische gebeurtenis wel in woorden te vangen; in een dialoog, een decor en een plaats van handeling? Wat moet en kan het publiek ermee? En, is toneel wel het juiste medium voor zo'n beladen onderwerp? Toneelspeler Bram Kwekkeboom is zich, meer dan wie ook, bewust van de valkuilen. De afgelopen jaren beheerst het idee alleen al, zijn volledige gedachtegang. Het laat hem niet meer los. Al lijkt zijn eigen herinnering aan de ramp nog zo onbeduidend. Rebecca van Wittene 1 februari 1953 'Mijn grootouders hadden een boerderij in Arnemuiden en wij logeerden daar omdat mijn grootmoeder de volgende dag, 1 februari, jarig was. Toen ik 's ochtends wakker werd, was er natuurlijk grote consternatie. Mijn grootvader zei: Bram, we gaan kijken want mijn land staat vast en zeker onder water. Ik zie ons nog staan, bovenop die dijk, in de wind. Een zesjarig jongetje 6 Zeeuws Tijdschrift 2002/4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2002 | | pagina 8