in het atelier op de begane grond. De tuin was prach tig, een oude kloostertuin gelijk. Claire ontving graag en was ook in haar eentje een perfecte gastvrouw. In 1947 leerde ze de gehuwde Wal- cherse gymnastiekleraar Jan Koers kennen, met wie ze tot 1953 een relatie zou hebben. Intussen beleefde haar werk een bloei, van het late impressionisme was zij naar een expressionistische stijl en een kleurenfelheid a la Van Gogh overgestapt die haar als het ware aangewaaid leken te zijn. In Veere behoorde ze tot de weinige kun stenaars met geld maar had een minder goede naam door haar 'losbandige levensstijl'. Ze was goed bevriend met vrouwelijke kunstenaars als Sarika Góth (1900- 1992), Ina Rahusen (1895-1977) en Anneke van der Feer (1902-1956). In de jaren vijftig exposeerde ze regelmatig in Frankrijk, in maart 1952 had ze zelfs een grote overzichtstentoonstelling in de Galerie Doucet aan de Faubourg Saint Flonoré. De Franse kranten overtroffen zichzelf in positieve uitlatingen, een radioreporter sprak van de 'vreugde om te leven en te scheppen'. Een klein jaar later volgde een ten toonstelling bij Esher Surrey in Den Haag, waarop de Nederlandse pers wederom gemengd reageerde. Mallorca Claire reisde regelmatig naar het buitenland, naar Frankrijk, Oostenrijk en Zwitserland. In 1951, enkele maanden na de dood van haar vader, had zij tijdens een vakantie met een bevriend echtpaar in Tessin een dodelijk auto-ongeluk veroorzaakt dat tot haar aan houding en uitzetting leidde. Zij kwam er met een hoge geldboete vanaf en sprak er nimmer meer over. Tussen 1951 en 1953 verbleef ze meermalen op Mallorca met hetzelfde echtpaar, daarna tot 1956 nog een paar keer alleen. De omgeving was een bron van inspiratie met haar prachtige landschappen, lieflijke bergen en knalblauwe hemel. Claire werd lid van de Grupo de Acuarelistas de Baleares. In 1954 exposeer de ze olieverven, aquarellen en tekeningen in Palma, die een lovende bespreking in de kranten kregen. Vooral haar 'abstracte coloriet' werd opvallend genoemd. Twee jaar later verwierf ze bij een tentoonstelling een gouden medaille van de kunstenaarsgroep. In Palma had ze een korte verhouding met de mooie antiquair Miguel, zoals Jan Koers in 1953 in Veere een relatie had met een Franse huisgenote van Claire. Pas in 1957 zouden Claire en Koers na veel juridisch gehar rewar - onder meer over het huis De Papaver met bij behorende grond dat op Koers' naam stond terwijl Claire het grootste deel ervan betaald had - werkelijk van elkaar bevrijd zijn. Aparte wegen waren zij toen allang gegaan. Claire reisde, schilderde en exposeerde, en ontmoette in Veere een oude kennis opnieuw, de kort daarvoor weduwnaar geworden schilder en zeiler Walter von Bernuth (1891- 1977). Binnen enkele maanden waren zij, in de zomer van 1955, in Engeland getrouwd, weer enkele maanden later gescheiden. Samen hadden zij nog wèl de Prix de Zélande ingesteld, die bestond uit driehonderd gulden en een betaald verblijf van enige weken in Nederland. De prijs werd maar een keer uitgereikt, in 1955, aan de jonge Franse magisch realist Claude Yvel. In hetzelfde jaar werd de Zeeuwse Kunstenaars Kring opgericht, Claire was vanaf het begin tot haar vertrek naar Mexico lid. Zij exposeerde in het Kunstmuseum en bij Van Benthem en Jutting in Middelburg, bij Bennewitz in Den Haag. Dit belette haar niet tevens op het amoureuze vlak actief te zijn; ze had een affaire met een avonturier, die na beëindiging daarvan een poging tot zelfmoord deed en Claire stalkte en bedreigde. Kort na Sinterklaas 1956 ver liet Claire In de Coerenblom, met haar hond Ludo, een paar koffers en een paar schilderijen. Vrienden hadden 45 Zeeuws Tijdschrift 2002/4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2002 | | pagina 47