Een couveuse in het Rode Kruis Ziekenhuis
H.W. van den Doel
<l> c
o
Q
S N
~TD
c E
ro vv
c
c "td
<7 o
Het was een koude kerstavond toen in 1962 in het kleine Brouwershaven een moeder van drie kinderen zich
onwel begon te voelen. Ze was op dat moment zeven maanden zwanger, zodat een dag later de dienstdoen
de huisarts, J.L. Braber uit Dreischor (de Brouwse huisarts Wytze Terpstra was met verlof) erbij werd
gehaald. Deze schreef rust voor. Op Eerste Kerstdag hielden de klachten echter aan zodat een dag later
werd besloten af te reizen naar het Rode Kruis Ziekenhuis in Zierikzee. Met een wagen van het Brouwse
taxibedrijf Slager werd omstreeks 14.00 uur de tocht aanvaard. Inmiddels was het ook gaan te sneeuwen.
Het waren de eerste sneeuwvlokken van een van de strengste winters van de twintigste eeuw.
In het ziekenhuis wachtte de vrouwenarts J.H. Motmans,
befaamd om zijn bevallingen, minder befaamd om
zijn vaardigheid botbreuken te zetten. Deze consta
teerde dat de geboorte van de schrijver van dit artikel
reeds op gang was gekomen. Om 17.00 uur was het
zover. Gelukkig waren er in het ziekenhuis moderne
couveuses beschikbaar, zodat de toekomstige histori
cus zich in een weliswaar kunstmatige, maar toch
hartverwarmende Zierikzeese warmte kon koesteren.
Twee maanden zou hij in de couveuse verblijven, tot
dat zijn longen voldoende ontwikkeld waren om de
wijde wereld zelf aan te kunnen. Ondertussen laafde
hij zich aan de moedermelk, die zijn vader iedere dag
op de brommer vanuit Brouwershaven naar het zie
kenhuis bracht. Zonder een volwaardig ziekenhuis op
Schouwen-Duiveland zou het begin van zijn leven
geheel anders zijn verlopen.
Een ziekenhuis op Schouwen
Ziekenhuizen op Schouwen-Duiveland zijn er lange
tijd niet geweest. Op zichzelf is dat niet bijzonder,
omdat tot in de jaren tachtig van de negentiende eeuw
er uitsluitend in enkele Nederlandse steden zieken
huizen waren. Pas toen de medische wetenschap zich
24 Zeeuws Tijdschrift 2002/1-2