/y<
In memoriam Hans
Met Hans Warren ver
liest onze provincie een
van zijn Sierzeeuwen.
Elders zijn al uitgebreid
zijn literaire kwaliteiten in het algemeen bezongen.
Aan mij de taak zijn werk voor het Zeeuws Tijdschrift
te behandelen. Reeds vanaf het eerste nummer in 1950
komt Warren in de kolommen van dit tijdschrift voor.
Eerst als medewerker, maar van 1958-1978 als een van
de toonaangevende en spraakmakende redacteuren van
het tijdschrift. Hij schreef vooral over de natuur. Zo was
zijn eerste bijdrage een pleidooi voor het behoud van
het natuurgebied de Kaloot, waarbij enige van zijn teke
ningen van vogels werden opgenomen. Er zouden nog
vele natuurbijdragen volgen. Zo vestigde hij als eerste
aandacht op het werk van JVijverberg, de pionier van
de vogelfotografie.
Daarnaast schreef hij diverse scherpe kritieken over
kunstmanifestaties in Zeeland en artikelen over kun
stenaars die in Zeeland werkten. Zo heb ik hem tijdens
een opening in Galerie De Hoekweide zijn tekenleraar
H. van der Stoel horen bezingen. Een bijzondere bij
drage vond ik die over de Franse beeldhouwer R. Sudre,
die aan het begin van de twintigste eeuw een aantal
fraaie beeldjes van Zeeuwse schonen maakte. Van zijn
bezoek aan Sudre doet Warren uitgebreid verslag. Toen
ik hem vorig jaar vroeg of hij mij daar nog meer infor
matie over kon geven, omdat ik het tot een vignet voor
Groot Zeeland. Vijftigjaar Zeeuws Tijdschrift ig^o-2000
bewerkte, antwoordde hij op 5 augustus 2000:
'Vriendelijk dank voor Uw brief van 2 augustus. Ik ben
bang dat ik U niet zal kunnen helpen. Sinds ik het
artikel over Sudre in het Zeeuws Tijdschrift publiceer
de, heb ik me op geen enkele manier meer in hem en
zijn werk verdiept. Niettemin wens ik U graag, alle
succes toe bij het maken van Groot Zeeland. Ik ben
benieuwd naar het boek.' Die geïnteresseerde afstande
lijkheid kenmerkte zijn verhouding met dit tijdschrift.
Ook schreef hij literaire kritieken in het Zeeuws
Tijdschrift, maar daarvoor was toch zijn voornaamste
kanaal de PZC. Twee
fragmenten uit zijn
Geheime Dagboeken,
Warren (1921-2001)
1 -* waarmee hij landelijke
bekendheid zou krijgen, luisteren de negentiende jaar
gang op. Die dagboeken verwierven een steeds centrale
re plaats in zijn schrijversbestaan, maar toen hij in 1996
in dit tijdschrift geïnterviewd werd, zei hij dat hij zijn
gedichten misschien wel het allerbelangrijkste vond.
Daarvan zijn er vele in dit tijdschrift ten doop gehouden.
Het moet voor hem bijzonder zuur zijn geweest om
tijdens zijn laatste levensdagen van de Dichter des Vader
lands nog een onverdiende klap in het gezicht te krij
gen, die Warrens poëzie weghoonde. Die Dichter heeft
alleen maar gaten(en allicht wat geitenjkaas gegeten en
hij kon het donker ruimtekind dat Warren was noch
proeven, noch bevroeden.
VERLOREN LAND
Voor jou in Indonesië
Een nevelnacht; het geurt naar stervend gras
Wolken sluieren sterren en de boten
Varen in 't veilig spoor der duisternis
Een vogel heeft het nachtelijk wad ontsloten
Ons heimwee is te sterk om te bekennen
Te vrouwelijk, te zeer van tranen zwaar,
Maar elke herfst maakt ons ziek van verlangen
Naar dit verloren land, - en naar elkaar.
Steeds roepen nog van daar al je gedachten
De stranden op, de staande wind,
En parelmoeren schelpgeruis; verwachten
Van spitsgewiekte witte vogels, in 't
Duizelend licht van hoge sterrenachten
Gesneld naar jou, mijn donker ruimtekind.
Hans Warren in: Zeeuws Tijdschrift 1 (1950) 6,125.
14 Zeeuws Tijdschrift 2001/6