hij een brandend stuk hout, zijn linkerhand rust op
zijn zwaard. De mensen die vooraan op het schilderij
staan afgebeeld, kijken met een blik of ze de duivel in
eigen persoon zien en weten niet hoe vlug ze zich uit
de voeten moeten maken. Een valpartij is hiervan het
gevolg. Achter Karei de Stoute staan de drie veroor
deelde broers met gebogen rug; ze zijn nog niet ont
hoofd. De beul heft zijn bijl om hen het hoofd af te
slaan. Links van de hertog zijn drie oude bebaarde man
nen afgebeeld als oud-testamentische richters, bedoeld
om het gelijk van Kareis vonnis te benadrukken. Op de
ballustrade van wat vermoedelijk het stadhuis is, staan
ambtenaren toe te kijken. De hertog en de veroordeel
den zijn omringd door soldaten die het samengelopen
volk op de markt in bewang moeten houden. Wijnveld
heeft de persoon van Karei de Stoute op een dusdanige
wijze neergezet dat deze gezag afdwingt.
Laten we het door De Vos en Van Lennep geschre
ven begeleidende commentaar eens verder bezien:
'Karei de Stoute, zoon en in 1467 opvolger van Filips
van Bourgondië was kloekmoedig, wakker in de oorlog
en rechtvaardig in vredestijd'. Kloekmoedig en wakker
in de oorlog was Karei wel. Hij ging geen enkel conflict
uit de weg bij zijn streven naar de vereniging van zijn
landen en gewestenl. Hij realiseerde zich niet dat hij
zich daardoor de vijandschap van zijn buren op de hals
haalde waardoor hij uiteindelijk ten onder zou gaan.
'Hij wist de opstandige steden Gent (in 1453), Mechelen
(Dinant in 1466 en Brustum in 1467) en Luik (30 okto
ber 1468) al spoedig te onderwerpen en zelfs zijn listi
ge nabuur Koning Lodewijk XI van Frankrijk boezem
de hij ontzag in'. Lodewijk XI werd door Karei als gij
zelaar vanuit Péronne, waar ze op dat moment voor
een bespreking over de toekomst van Picardië verbleven,
meegenomen naar Luik om toe te zien hoe de stad voor
haar ongehoorzaamheid en opstandigheid zwaar gestraft
werd. Wijk na wijk werd met Kareis toestemming geplun
derd en heel de stad werd systematisch vernield. Karei
had een van zijn doldrieste woede-aanvallen: het leven
van de koning hing als gevolg daarvan gedurende enkele
dagen aan een zijden draad. Lodewijk XI was danig
geschrokken en onder de indruk van dit machtsvertoon.
'Toen Karei de vrede hersteld had, trok hij zijn sta
ten rond en zorgde voor een goede rechtspleging'. Karei
was een groot voorstander van centralisatie van bestuur
om op die manier bestuurskosten te besparen en tege
lijkertijd zo efficiënt en zoveel mogelijk belasting te innen.
Hij bediende zich hiervoor van ambtenaren, zoge
naamde legisten. Waar de gelegenheid zich voordeed
verstevigde de hertog zijn greep op de lokale schepen
banken. Dit gebeurde vooral door het benoemen van
gewillige stromannen en het verkopen van ambten aan
de meest biedende. Hij ging hierin zo ver dat zelfs zijn
gunstelingen moesten betalen voor een benoeming.
De volksoploop te Middelburg naar aanleiding van
de drie veroordeelde en terechtgestelde broers had waar
schijnlijk tot gevolg dat Karei een van zijn beruchte woede
aanvallen kreeg en met een brandend stulc hout uit de
haard de straat op snelde. Hij wist de menigte snel tot
bedaren te brengen omdat hij vermoedelijk, indachtig
Luik, gedreigd had de stad in brand te zullen steken indien
ze niet gehoorzaamden: immers bijna alle huizen in
die tijd, behalve de wat grotere en voornamere gebouwen
die in steen waren opgetrokken en een pannendak had
den, waren gemaakt van hout en gedekt met riet.
Het schilderij 'De kloekheid van Karei de Stoute te
Middelburg' is weer een typisch voorbeeld van het gigan
tisch uitvergroten van voor die tijd tamelijk gewone
gebeurtenissen. Op manslag, evenals moordbrand en
verkrachting stond immers de doodstraf. Dit was bij
iedereen die toen leefde bekend. Dat het volk daarbij te
hoop liep, was een normaal verschijnsel. Om daar nu
met een brandend stuk hout bij te staan zwaaien, is
wellicht wat overdreven. Heel de historische galerij is
overigens doordrongen van dit soort overdrijvingen.
Kennelijk keek men omstreeks i860 toch heel anders
tegen het roemrijke eigen vaderlandse verleden aan
dan tegenwoordig het geval is.
Met dank aan P. Sijnke, H. Uil en P. Everaers.
Bronnen
Blockmans, W.P., W. Prevenier In de ban van Bourgondië,
Houten 1988.
Carasso, D. Helden van het vaderland. Onze geschiedenis in
tgde-eeuwse taferelen verbeeld, Amsterdam 1991.
lansen, H.P.H. Geschiedenis van de Middeleeuwen, Utrecht/
Antwerpen.
Jansen. H.P.H. Middeleeuwse geschiedenis der Nederlanden,
Utrecht/Antwerpen 1965.
Scheen, P.E. Lexicon Nederlandse Beeldende Kunstenaars 1750 -
2950.
Tirion, I. Tegenwoordige Staat der Vereenigde Nederlanden,
Amsterdam 1751.
Uil, H. Zierikzee, monumentenstad aan de Oosterschelde, Goes.
Vanhaecke, L. Karei de Stoute (1467 -1477), Brugge z.j.
50 Zeeuws Tijdschrift 2000/6