Redactioneel JAARGANG 41, NUMMER 5, 1991 Bij de samenstelling van dit Tholen- Sint Philipslandnummer heeft de redactie veel steun ondervonden van M. A. Geuze, oud-lid van de Eerste Kamer, van J. B. Zuurdeeg, archivaris van de gemeente Tholen en van H. Uil, archivaris van het Streekarchivariaat Schouwen-Duiveland en Sint Philipsland. Zij gaven de uiteindelijke stoot tot de realisatie van een al jaren bestaand plan: een nummer van het Zeeuws Tijdschrift dat volledig aan de naoorlogse ontwikkelingen op Tholen en Sint Philipsland is gewijd. Vrijwel alle auteurs die aan dit nummer hebben meegewerkt, waren in het kader van de uitoefening van hun beroep direct betrokken bij de trans formatie van Tholen en Sint Philipsland in de afgelopen 50 jaar. Zij zijn typische representanten van de naoorlogse Wederopbouwgeneratie, die met voort varendheid de eens zo geïsoleerde gebieden in de vaart der volkeren hebben opgestoten. Uitzondering daarop vormt J. Goedegebuure, die verbonden is aan de Faculteit der Letteren van de Katholieke Universiteit Brabant en promoveerde op een proefschrift over de dichter H. Marsman. In de serie Zeelandgevoel beschrijft hij hoe juist de vele veranderingen een herbeleving van het Beloofde Landgevoel dat Tholen bij hem in zijn jeugd opriep, in de weg staan. Q. J. Munters, universitair hoofd docent Geschiedenis en Theorie van de Sociologie aan de Landbouw universiteit van Wageningen en onder meer auteur van De stille revolutie op het agrarische platteland. Boeren en openbaar bestuur 1817-1986, ontzenuwt in zijn artikel, "Rationaliteit op Tholen en Sint Philipsland", de mythe als zouden de Tholenaars en Fliplanders de veranderingen van de afgelopen vijftig jaar passief hebben ondergaan. M. C. Verburg, oud-Staatsraad en voormalig redacteur van het Zeeuws Tijdschrift, schetst in zijn artikel de economische ontwikkeling van Tholen en Sint Philipsland van de afgelopen vijftig jaar. Ondanks alle positieve ontwikkelingen vindt hij dat de gebieden nog niet geheel uit hun isolement verlost zijn. De omvangrijke waterschaps concentratie op Tholen en Sint Philipsland is het onderwerp van het artikel van M. J. Giljam, oud-hoofd technische dienst van het waterschap Tholen. Hij besluit zijn artikel met een beschouwing van de bestuurlijke perikelen omtrent de nieuwe waterschapswet die vermoedelijk in 1993 in werking zal treden. A. D. Beenhakker, hoofd van het bureau Natuur en Landschap van de Provinciale Planologische Dienst van Zeeland, stelt in zijn artikel "Het Stille Land", dat in vergelijking met de landschappelijke ontwikkeling in de afgelopen 50 jaar in de rest van de provincie, Tholen en Sint Philipsland nog het minst van aanzien veranderd zijn. J. Markusse was tot medio 1990 werkzaam bij de Zuidelijke Landbouw Maatschappij als hoofd van de Sociaal Economische Voorlichting. Zijn artikel, "Van herverkaveling tot ruilverkaveling", draagt extra munitie aan voor de stelling van Munters. Hij wijst namelijk op het grote aanpassingsvermogen van de boerenstand in beide gebieden. Het laatste nummer van deze jaargang zal artikelen bevatten over kunst in periferie, het Zeeuws museum voor Hedendaagse Kunst, de Zeeuwen en de slavenhandel en de scholen- problematiek in onze dunbevolkte provincie. In de serie Zeelandgevoel wordt een onlangs boven water gekomen negentiende eeuws manuscript opgenomen, dat handelt over die mysterieuze archipel waar zelden iemand komt. Paul van der Velde 161

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1991 | | pagina 3