Dolf Jaspers (1933-1976): De kleuren van de vrijheid
de zee, de havens, de dorpen, de
kerken, de kermis en de vaak tot dwerg
gereduceerde mens daar middenin.
Een losse greep uit zijn titels: 'Bentille',
'Groede', 'Oppers in de nazomer',
'Storm', 'IJzendijke met onweer',
'Huizen op de dijk', 'Clarapolder',
'Assenede', 'Blauwe zee', 'Duinen bij
Nieuwvliet', 'Vissershaven Vlissingen',
'Eeklose polder' enz. De landsgrens is
voor hem geen grens. Dolf houdt niet
van grenzen. Wat hij schildert, heeft de
kleuren van de vrijheid.
Daarnaast schildert hij portretten: zelf
portretten, het vrouwelijk naakt, de
dame, het kind. Zijn kinderportretten
zijn immens vertederend. Ook het
stilleven is voor Dolf een geliefkoosd
onderwerp. Deze stillevens worden niet
uit het hoofd geschilderd maar door
hemzelf gearrangeerd in zijn atelier:
seringen, stilleven met vis, kabeljauw,
witte geit, hangende haan, dode eend,
stilleven met vogels en fruit
Tot het beste van zijn oeuvre behoren
zijn winterlandschappen met de tot
kunst gestolde ijspret. Alsof Dolf een
bijzondere relatie had met de winter.
Misschien hadden de zeldzame witte
winters en de melancholie die jeugd
herinneringen oproepen, daar iets mee
te maken. In zijn marines kon hij zich
het best dramatisch uitleven: de botsing
van de elementen is een afspiegeling
van zijn stormachtige geaardheid.
En éénmaal behandelt hij een religieus
onderwerp, een dramatische Christus
figuur aan het kruis, waarin de volle
aandacht is toegespitst op de essentie
van het lijden. Dit schilderij, gemaakt in
opdracht, het geschenk van een
anonieme mecenas, hangt in de
parochiekerk van de H. Eligius in
Hoofdplaat. In de lijdenstragiek van de
gekruisigde Christus kon Dolf zich
goed inleven. Het doek is verwant met
de talrijke zelfportretten waarin de
schilder het beeld oproept van de
gedoemde en gekwelde artiest, waarin
hij zijn eigen levenstragiek
waarheidsgetrouw weergeeft.
De kunst van Dolf Jaspers is in wezen
dramatisch. Zij zit vol spanningen,
tegenstellingen, beweging en ritme.
Zijn wolken voeren een heksensabbat
op, zijn velden, weiden en dijken
deinen en golven, mensen en huizen
worden meegerukt in de universele
beweging van de natuur, de bomen
steigeren en rennen elkaar achterna in
dichte, nooit eindigende rijen.
Zelfs een onderwerp dat een rustiger
aanpak veronderstelt, een stilleven b.v.,
zit vol beweging en emotie. Een
stilleven uit 1967 dat een dode eend
met fruit op een stoel voorstelt, is daar
een typisch voorbeeld van. De eend
heeft een rode, bloederige wonde aan
de keel, de lange hals hangt gestrekt
verticaal naar beneden. Het rood van
de wonde wordt herhaald in de kleur
van de stoel en sluit aan bij de
roodbruine tonaliteiten van de
achtergrond. De stoel probeert a.h.w.
de eend van zich af te schudden en
beweegt sierlijk alsof hij zopas een
menuet heeft ingezet. Vruchten rollen
en verglijden onder de veren en poten
Zelfportret (tekening).
138