IK BEGIN PAS
Een beeld van de kunstenaar Guido Metsers Francisca van Vloten
Guido Metsers.
Achtergrond
Guido Joris Maria Elza Metsers werd op
11 december 1 940 in Hulst geboren als
zoon van textielfabrikant en (abstract)
schilder Hugo Metsers. Slaagde Metsers
Sr er pas op latere leeftijd in zich geheel
aan de schilderkunst te wijden, zijn zoon
kreeg de beginselen ervan met de pap
lepel ingegoten: voor hèm niet de be
lemmeringen die ervoor de vader waren
geweest. Mijn vader dwong me min of
meer, zou Guido later zeggen.
Al spoedig werd duidelijk dat hij zeer
talentvol was.
Hij doorliep achtereenvolgens de St. Lu
cas Academie in Gent, de Academie voor
Schone Kunsten in Antwerpen en het
Nationaal Hoger Instituut voor Schone
Kunsten, eveneens in Antwerpen.
Zijn scholing lag vooral op het terrein
van de monumentale kunst, de schilder
en beeldhouwkunst en de grafische kun
sten.
In 1 962 verwierf hij de Prijs der Vriend
schap van het Antwerpse Hoger Instituut
met het doek Demon Morbide. Jury
lid Ossip Zadkine prees de knappe sur
realistische compositie, de grote gevoe
ligheid en de vakbekwaamheid die uit
het werk spraken.
Ik had je nog eens graag willen spreken, 1973.
Olieverf met acryl.
Er moest ruimte zijn voor de individuele
fantasie, maar het werk moest wel „ver
staanbaar" blijven.
Als jongen raakte Guido geïnspireerd
door Walt Disney(!) en krijgstaferelen;
die bronnen van inspiratie zouden in zijn
studietijd plaats maken voor Max Ernst,
Henry Moore en Zadkine. Een beklem
mend surrealisme, aandacht voor con
touren en holtes, deformatie van li
chaamsvormen - het was altijd de mens
die centraal stond in zijn werk, maar dan
wel de mens in grootse en schokkende,
vaak ontluisterende vorm.
Na zijn studietijd keerde Guido Metsers
terug naar Hulst, waar hij zich aanvanke
lijk vooral toelegde op de grafische kun
sten. Hij verdiepte zich in de meesters
uit de Renaissance. De veelzijdigheid
van Renaissancisten als Michelangelo,
Breughel en Jeroen Bosch fascineerde
hem. Dat kwam ook tot uiting in zijn
werk. Zijn etsen bleven surrealistisch,
met een macabere inslag, en deforme
rend. In zijn penseeltekeningen leek hij
steeds verder te willen gaan in het ver
eenvoudigen van vormen; zijn olieverf
schilderijen uit die periode daarentegen
werken soms bijna „barok".
Op zoek naar een eigen stijl
Aangetrokken door het surrealisme en
het magisch-realisme, zocht Guido in
die tijd naar een eigen interpretatie, tus
sen abstract en figuratief in, daarvan.
De vos Reinaerde, 1 966. Zandsteen.
Hugootje in de Groe, 1973. Olieverf.