uit de geschiedenis van het middelburgse gasthuis; het ziekenhuispersoneel tijdens de overgangsperiode van een 19e-eeuws gasthuis naar een 20e-eeuws ziekenhuis 223 stuur het zich voorstelt. In het voorjaar van 1 903 krijgt directrice de Wilde van het bestuur te horen dat ze er verstan dig aan doet zelf haar ontslag aan te vragen. De heelkundige Bolle schrijft een brief waarin hij verklaart dat de di rectrice volledig arbeidsongeschikt is en dat deze arbeidsongeschiktheid in en door de dienst is ontstaan. De direc trice wordt vervolgens met ingang van 1 september 1903 op „eigen verzoek" ontslagen maar, omdat het bestuur met haar grootse plannen de directie betref fende niet zolang wil wachten, reeds met ingang van 1 5 mei 1 903 met verlof gestuurd. Het is tekenend voor de toenmalige rechteloosheid van het personeel dat ook de directrice zelf om een uitkering moet vragen. Mocht ze die niet krijgen dan is ze van wege haar handicap voor taan brodeloos, schrijft ze het bestuur. Op basis van haar tienjarig dienstver band krijgt ze een pensioen gelijk aan het '%o deel van haar salaris. Mocht ze geen andere inkomsten gehad hebben, wat te vrezen valt, dan is ze met deze f 200,- per jaar tot blijvende armoede veroordeeld. Als laatste herinnering aan haar gast huisjaren wordt zr. de Wilde, enkele da gen na haar geforceerd vertrek, ernstig ziek. Een typhusepidemiedie deze keer haar slachtoffers overwegend on der het personeel heeft gezocht heeft ook de ex-directrice niet gespaard. Uitbreiding van de verpleegstaf In het begin van 1903 vraagt het be stuur der Godshuizen aan Bijlsma of hij directeur van het Gasthuis wil worden. Bijlsma accepteert en schrijft op ver zoek van het bestuur een memorie over de gewenste samenstelling van de ver pleegstaf. De memorie begin met de uitspraak dat een man de leiding in han den moet hebben. Er gaat zo schrijft hij: „in dit ziekenhuis te veel om om dit over te laten aan het bestuur van een vrouw". Als rechterhand van de directeur moet een adjunct-directrice worden aange steld met daarondertwee gediplomeer de verpleegsters elk als hoofd van de heelkundige- resp. geneeskundige af deling van het Gasthuis. Omdat de twee gasthuisdoktoren al eerder de dringende wens hadden geuit twee gediplomeerde verpleegsters als hoofd van de twee ziekenhuisafdelin gen aan te stellen had het bestuur in middels al een advertentie laten plaat sen. Hierop waren twee candidaten ver schenen die beide vele jaren in het Rot terdamse Coolsingel Ziekenhuis had den gewerkt. Zr. Raven die daar hoofd van de heelkundige afdeling was ge weest bracht uitmuntende referenties mee, haar vriendin zr. Sinclair beschikte slechts overvoldoende referenties. Bei de verpleegsters verklaren alleen dan naar Middelburg te willen komen als ze beiden hun aanstelling krijgen. Het bestuur dat inmiddels in grote tijd nood is gekomen moet op één avond deze koppelverkoop tot een oplossing zien te brengen. Het bestuur hakt de knoop door en benoemt het tweetal per 1 maart 1 903 tot hoofd van de heelkun dige resp. geneeskundige afdeling van het Gasthuis. Ondertussen heeft de toekomstige di recteur ook al een geschikte candidate voor de functie van adjunctdirectrice bij het bestuur voorgedragen. De naam die Bijlsma noemt is die van zr. M. C. Gree- ve een verpleegster die enkele jaren eerder enige tijd in het Gasthuis ge werkt heeft. Ook nu weer valt de grote besluitvaar digheid van het gasthuisbestuur op. Op 1 5 mei 1 903, de dag waarop de voor malige directrice zr. de Wilde het Gast huis „met verlof" verlaat treedt de nieu we gasthuisdirectie in functie. Het Gasthuis onder leiding van een directeur Onder leiding van het nieuwe team Bijlsma/Greeve lijkt voorlopig alles op rolletjes te verlopen. Het ziekenhuisbe stuur juicht: „alle bisbilles zijn verdwe nen en alles gaat de commun accoord"! Alleen de hoge kosten - de directeur krijgt een salaris van f 1200,-, de ad- ju net van f 400,- (excl. kosten inw.) per jaar - zijn de enige schaduwzijden die aan het nieuwe systeem kleven. Als per 1 januari 1904 de voorlopige benoeming van het directieteam in een vaste wordt omgezet schrijft Bijlsma, namens hun beiden een brief waarin ze hun benoeming aannemen. Hun liefde voor deze werkkring en hun belangstel ling voor de ziekenverpleging en de ver pleegstersopleiding staan bij de aan vaarding van hun functies op de voor grond maar, zo vervolgt hij, ook de fi nanciële belangen van het gesticht zul len door hen zeker niet uit het oog wor den verloren. Niet gehinderd door een bovenmatig gevoel van bescheiden heid eindigt de brief met de zin „dat hun samenwerking zal strekken tot bloei van het gesticht en tot heil der lijdende ingezetenen van Middelburg". Als gevolg van deze benoeming moet het reglement op de inwendige dienst opnieuw bijgesteld worden. Voor de adjunct-directrice blijft de instructie vrijwel ongewijzigd; de directeur krijgt de verplichting om elke dag van 9 tot 1 2 en van 1 5 tot 1 7 uur in het gasthuis aanwezig te zijn. Bovendien is hij ver plicht de heelkundige Bolle zonodig bij diens operaties te assisteren. Onder leiding van de nieuwe directie komt de verpleegstersopleiding, die de eerste twee jaar door ziekte van de toenmalige directrice stagneerde, pas goed van de grond. Al meteen komt Bijlsma met het plan om over te gaan op het systeem van de betalende leerling verpleegster. Hij gaat, zo schrijft hij het bestuur, van het kleine Middelburgse Gasthuis een modelinrichting maken die, binnen de Nederlandse verpleeg sterswereld, een naam als een klok gaat krijgen. Hij vindt het dan ook niet meer dan redelijk dat leerlingverpleegsters die aan zo'n modelinrichting worden opgeleid, voor dit voorrecht gaan beta len. Het heeft er in het begin werkelijk naar uitgezien dat het Gasthuis onder leiding van deze directeur op weg is naar een gouden toekomst. In 1 904 is de economische exploitatie van het ziekenhuis zo gunstig dat het batig saldo groot genoeg is om de ou derwetse kribben, waar de patiënten nog op kafzakken en achter gordijnen liggen, door moderne ziekenhuisbed den te vervangen. In het zelfde jaar sla gen de eerste drie in Middelburg opge leide verpleegsters met vlag en wimpel voor hun examen, bij welke gelegen heid de voorzitter van de Rotterdamse examencommissie, die hen geëxami neerd heeft, zijn bijzondere tevreden heid uitspreekt over de uitstekende op leiding die zij in Middelburg hebben ge had. In het volgend jaar wordt het Gasthuis,

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1984 | | pagina 23