een bijna vergeten bladzijde 212 DORPSGEZICHT, NIEUWERKERK Eén der „dochterkerken" van de „Diekse kerke" 1 953. De kerk dateerde uit 1 900. Gereformeerde Kerk te Nieuwerkerk in de periode vóór gewone bewerking door de Godde lijke H. Geest een bijzondere gave geschonken is na den woorde Gods om uit hetzelve een woort tot stich ting tot de gemeente te spreken." Men besluit als vergaderde broeders, bij afwezigheid van ds. Budding, ds. L. G. C. Ledeboer uit Benthuizen raad te vragen, hoe nu verder? Ledeboer advi seert tenslotte: „...op de wenken des Heeren te letten, en de Stemme der ge meente, en de naburige kerkeraden". Van Dijke, een landbouwer die zich on derscheidde door zijn „oefeningen" aan huis, komt langzaam maar zeker voor het Schouwen-Duivelandse voetlicht. Maar al spoedig wordt hem het vuur na aan de schenen gelegd! De boetes lo pen hoog op en hij kan daar financieel niet aan voldoen. Een smeekbrief aan de koning heeft in zoverre succes dat Van Dijke bij Koninklijk Besluit van 16 december 1842 een bedrag van f 1200,- wordt kwijtgescholden. On derwijl oefent Van Dijke rustig verder, hetgeen de officier van Justitie in Zie- rikzee aan de minister van Justitie doet opmerken, dat deze oefenaar „Zijne Majesteits goedertierenheid weinig op prijs schijnt te stellen". Een hernieuwd verzoek vanuit huize Van Dijke te Sint- Philipsland om nu f 2800,- aan boetes nietig te verklaren wordt afgewezen. Sterker nog, op maandagmorgen 20 fe bruari 1 843 wordt hij voor dag en dauw van zijn bed gelicht en alsarrestant naar het 's Gravensteen in Zierikzee opge bracht. In totaal „vijf volle maanden" zit hij hier tussen échte misdadigers. Ten slotte bezwijkt hij uit heimwee naar huis, voor de verleiding „vrijheid" aan te vragen. Hiermee ziet hij af van alle Ge reformeerde pretenties, die tot dusver „heilig" voor hem waren! Juist déze stap van Van Dijke heeft verstrekkende gevolgen voor de Duivelandse gemeen te. Mag deze oefenaar een aantal keren hebben gepreekt in de schuur van Van Farowé te Nieuwerkerk, vanaf dat mo ment dat hij op de knieën is gegaan voor de „vrijheidsaanvrage" wordt zijn naam niet meer genoemd in het „kerkelijk no- telboek". De teleurstelling is te groot voor Van Farowé. Natuurlijk kan hij blij ven rekenen op de krachtige steun van ds. Budding, maar wat kan déze doen, wanneer hij medio 1843 opnieuw wordt vastgezet, en dan nog wel in Nij megen? Op de tast verder „Duiveland" komt in grote nood! „Op hemelvaartsdag de gemeente opgeroepen en na alles onderzogt te hebben is het gebleken dat velen niet verenigd in den weg waren om op Gods bestellingen te wagten aangaande de bedieninge des Woords en de Sacramenten, en na alle vermaningen en waarschuwing heeft het gebleken dat een aantal leden geneigd waren een Leeraar voor een Enkelde reize in te roepen uit de gemeente Dordrecht of Rot terdam" Hulp wordt ingeroepen bij en geboden door twee predikanten: ds. S. Los en P. Dijksterhuis. Echter, allebei „Christelijk afgescheiden"! Hoogst verwonderlijk in deze kring! Hun aanwezigheid is echter niet afdoende! Over een gemeentever gadering meldt Van Farowé nog: dat laatste vergadering gehou den 23 junij 1 843 meer veroorzaakt heeft scheuring en verdeeldheden dan een bindinge." En dit wordt doorgegeven! Terwijl Van Farowé het getij wat ziet verlopen en neerzit als een moedeloze profeet Elia, wordt hij ineens krachtdadig bepaald bij de geestelijke nood van de gemeen te. Er zijn kinderen, die nodig de doop behoeven. Het verzoek klinkt: „...of men onder opzien tot den Heere doch niet mogten tot besluit te komen om alle poging aan te wenden tot een leeraar, wier belij denis is de 37 geloofsartikelen, de Catikismus, met de formulieren van Eenheid en gehouden zij met de Va deren der ware reformatie Die hoopvolle nood brengt Van Farowé opnieuw in beweging! Het vuur ont vlamt in hem, en zo komt hij opnieuw in contact met een „leeraar" te Rotterdam. Maar nu geen „Christelijk afgescheide ne", maar iemand die de Gereformeer de principes hoog in het vaandel houdt: ds. Cornelis van den Oever, algemeen bekend als „De Paus der Kruisgezin den". Voorman van het kerkverband van de „Gereformeerde Gemeenten on der het Kruis". En het is dankzij dit con tact, dat de zaak waarom men destijds is afgescheiden, „Gereformeerd" te kunnen zijn en te blijven, doorgang vindt! Via bemiddeling van Van den Oe ver ontstaan er banden tussen „Duive land" en ds. Bastiaan Sterkenburg uit Giessendam. Onder zijn bezielende lei ding kan Duiveland „Gereformeerd" verder gaan. In Sterkenburge ontmoeten we een man die uit hetzelfde onverwoestbare hout gesneden is als Dirk van Farowé. Immers onverzettelijk en vindingrijk!

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1983 | | pagina 20