o.a. geïnspireerd door Poussin, de 17de-eeuwse
Franse schilder met de mythologische jachttafere
len. Maar we komen meer schilders tegen.
In de bundel 'Leeuw Lente' zijn het Watteau en
Corot:
verzen als ingeregen vrouwen met
hectische blossen van cavalier Watteau
en
Eilanden dauwgrijs wegzinkend
onder morgenwolken van Corot
Er zijn echter nog veel meer beelden in de poëzie
van Hans Warren van de verschillende oude cul
turen, want hij is Griek met de Grieken, vooral in
zijn latere gedichten, en oudgriek, maar hij is ook
Indiër, Egyptenaar, Pers, Japanner of Chinees. Toch
en vanzelfsprekend is hij ook Zeeuw met de
Zeeuwen. In dit Maatstafnummer spreekt Warren
zelf over deze invloeden, die men nog beter inspi
ratie kan noemen, want zij zijn volledig verwerkt en
komen dus van binnen uit. Het lezen van vele
Engelse vertalingen van dichters uit talrijke Azia
tische landen door Baldoon Dhingra, evenals ver
talingen uit het Nieuwgrieks van de dichters Kawa-
fis en Elytis hebben bij mij dit inzicht versterkt.
De kleine autobiografie van Hans Warren in dit
Maatsfafnummer, getiteld 'Isolement' is bijzonder
goed, rustig en onopgesmukt geschreven. Boeiend
om te lezen, voor wie ZeelartJ gekend hebben zoals
het was, en ook voor hen die het alleen kennen,
zoals het is.
Enkele korte fragmenten haal ik uit 'Isolement' aan,
hoewel het in z'n geheel belangrijker is. Hans
Warren vertelt:
In 1921 was Borssele een afgelegen landbouwdorp
op de uiterste zuidpunt van Zuid-Beveland, en
kel te bereiken per lokaaltreintje vanuit Goes, of
per boot vanuit Viissingen of Terneuzen. Of per rij
tuig. Het huis dat mijn ouders er betrokken en waar
in ik geboren zou worden, stond nog afgelegener
Hef was gebouwd op de kruin van de zeedijk, een
paar kilometer buiten het dorp. Verharde wegen
waren er niet. Ze waren min of meer groen van
gras en kamille, met twee sporen voor de wielen,
gevuld met losse keien.
Mijn vader was waterbouwkundige. Hij had gewerkt
in het Woold, bij Winterswijk, en bij het versterken
van de Westkappelse zeedijk, en hij zou zich nu
met de zorg voor de Calamiteuze Polder Borssele
gaan belasten. Van mijn moeder was de roep voor
uitgegaan dat ze mooi was; de opgeschoten jon
gens loerden bij haar aankomst dus vanachter de
meidoornheggen een van hen, later gemeente
ontvanger, heeft het me opgebiecht maar ze
werden teleurgesteld. Niet dat mijn moeder niet
mooi genoeg was, maar ze bleek bijna zeven maan
den zwanger te zijn en arriveerde vreselijk verhit
op een van de hondsdagen die in Zeeland werke
lijk tropisch kunnen zijn. Mijn moeder was een me
vrouw. Op het hele dorp dat toen mogelijk een vijf
tienhonderd inwoners telde waren er maar twee
mevrouwen. Later vervolgt hijMijn moeder
speelde war piano, ze stamde uit een familie waar
in muziek werd gemaakt. Haar naam, Mennes, en
een van haar voornamen, Femmetje, wijzen in
Noordelijke richting
Ook van vaderszijde heb ik nooit de afstamming
laten opsporen. De familielegende zegt dat een En
gelsman schipbreuk leed voor de rede van Viissin
gen en dat hij daar wonen bleef, verlokt door de
bekoorlijkheden van een Vlissings meisje.
Dit zeer summier voor zover het Hans Warrens ach
tergrond betreft. Treffend zijn weer de natuurbe
schrijvingen; daar waar de ornitholoog en de na
tuurliefhebber Warren aan het woord is, is het een
stuk geworden zoals iedereen wel zou geschreven
willen hebben. Belangrijk zijn nog de feiten dat
Warren ook tekenaar en schilder was en voor zijn
poëzie over invloeden van Rilke en Van de Woes-
tijne spreekt. Ik citeer twee kleine gedeelten van de
natuurbeschrijving uit 'Isolement':
Ik groeide op een leefde eenvoudig alleen in de
natuur met vogels en bloemen en de grote wind
hond Azor die, als hij niet in het jachtveld schade
aanrichtte, zich met zijn zijdige haar het liefst
placht te wentelen in aangespoelde krengen van
zeehonden en bruinvissen die weken achtereen wal
mend lagen uit te braden in de vloedlijn langs de
zeedijk tot ze op mysterieuze wijze weer ver
dwenen. Zeehonden lagen bij eb bij honderdtallen
op de zandbanken in de Westerscheldemonding
bruinvissen sprongen als dolfijnen in scholen door
de vloed, vele kilometers kon je dwalen over schor
ren langs kreken, jongen duinijes, een echt vogel
en bloemenparadijs dat ik later ontdekte een ge
bied dat zich meten kon met De Beer, met Texel,
een terrein dat haast niemand heeft gekend, en dat
nu volkomen verdwenen is. De zeehonden en de
bruinvissen zijn weg
En hij zegt wat verderop: Het was een heerlijk huis.
Niet erg oud, het middendeel van twee verdiepin
gen uit het begin van de negentiende eeuw, de
aangebouwde vleugels van later datum. Vanuit
zee gezien vriendelijk, witgepleisterd, van 'f land uit
haast imposant door de hoogte en de donker ge
worden tint van de oorspronkelijk gele, kleine
IJsselsteentjes. Ik ben zelden in huizen geweest
met een prachtiger uitzicht. Door de ramen aan de
voorkant keek je uit over het hele estuarium van de
Westerschelde en de Noordzee op, aan de achter
zijde strekte zich de weelderige Borsselsepolder
uit met zijn hofsteden, velden, molens, zo ver het
oog reikte.
Inderdaad een zeldzame herinnering, voedingsbo
dem voor de unieke kunstenaar, die Warren is ge
worden. Als Warren zelf gevraagd wordt over de
invloeden die hij heeft ondergaan, noemt hij onder
meer de reeds eerder genoteerde Hij vervolgt:
Pas veel later ontdekte ik Kavafis en dat was een
grote schok van herkenning. Ik durf haast niet te
beweren dat ik me aan hem verwant voel, zo hoog
stel ik zijn werk.
143