ring naar een groter inwonertal, toenemende werkge legenheid en toenemend toeristisch bezoek. Misschien zal dit streven geleidelijk minder algemeen, minder vanzelfsprekend worden. In het Gooi en elders zijn thans reeds enkele gemeentebestuurders die de voor keur geven aan rustige en overzichtelijke woongemeen- ten boven dynamische werkgemeenten. Landschappelijk Landschappelijk zal de ontwikkeling van Zeeland offers vragen. Industrie-, haven-, verkeers- en woonvoorzie ningen zullen tot aantasting van het landschap leiden. Duizenden hectares landbouwgrond zullen een niet- agrarische bestemming krijgen. Daar staat tegenover, dat de ontwikkeling gepaard gaat met een betere land schappelijke verzorging van de recreatiegebieden (bij voorbeeld het Veerse Meer). Nationaal Bij de hierboven toegepaste regionale zienswijze zijn er veel factoren, die de wenselijkheid van een flinke toeneming van het inwonertal en van de bedrijvigheid in Zeeland onderstrepen. Stelt men zich op een natio naal in plaats van een regionaal standpunt, dan wordt de argumentatie voor de ontwikkeling van Zeeland nog krachtiger. Doorslaggevend is dan, dat Zeeland in een relatief gunstige positie verkeert om werk- en woon gelegenheid te geven aan een deel van de toekomstige Nederlandse bevolkingsaanwas. Dit hangt onder andere samen met de beschikbare vrije ruimte, de mogelijk heden voor een zeehavenontwikkeling (Westerschelde- bekken), het recreatiepotentieel, de gunstige ligging ten opzichte van de Randstad Holland, de relatief lage sociale" kosten. De landschappelijke ontluistering", die met de economische ontwikkeling gepaard gaat, krijgt, nationaal gezien, dan ook een ander accent. Doelstellingen en democratie In het voorgaande is in algemene termen over ont wikkeling en groei gesproken. In de praktijk dient de discussie echter te worden toegespitst op ontwikkelings alternatieven, dus op specifieke groeivormen en groei situaties. Met de beperkte financiële middelen, de be perkte ruimte en het beperkte arbeidspotentieel moet getracht worden een zo gunstig mogelijk effect te verkrijgen op het punt van werkgelegenheid en woon klimaat. De mogelijkheden op korte termijn dienen daarbij ondergeschikt te worden gemaakt aan de wen selijkheden op lange termijn. Hiervoor is een geïntegreerde toekomstvisie nodig, dus geen eenzijdige psychologische, technische, econo mische, landschappelijke of locale benadering. In Zee land is zulk een geïntegreerde lange-termijn-visie nog niet door het provinciaal bestuur ter discussie gesteld. Nu levert dit voor Zeeland ook bijzonder grote moei lijkheden op, o.a. doordat de technisch-economische mogelijkheden van de toekomstige zeehavenfunctie nog nauwelijks zijn te overzien. Niettemin moet gestreefd worden naar een elastische lange-termijn-benadering, omdat anders de huidige beslissingen aangaande ruim telijke bestemmingen en infrastructuurwerken onvol doende kunnen worden gefundeerd. In dit verband zij verwezen naar het idee van Abbas om een groepje mensen bijeen te brengen een planoloog, een econoom, een medicus, een technicus, een recreatiespecialist, een psycholoog om zich te bezinnen over de vraag hoe Zeeland zich moet ont wikkelen. Het opstellen van een gecoördineerde visie moet echter in eerste instantie een taak van het provinciaal bestuur worden geacht, dat zich door tal van deskundigen kan laten adviseren. Wil echter het democratisch spel ook op provinciaal niveau nog enigszins tot zijn recht komen, dan zal de bevolking zelf, althans de bovenlaag daarvan, ook constructief moeten meedenken, ter stimulering van bestuurders en adviseurs. Een kenmerk van de publieke discussie is, dat de argu mentatie vaak eenzijdig en emotioneel is. Niettemin is uit bestuurstechnisch en pedagogisch oogpunt deze democratische inbreng zeer gewenst. In de komende jaren zullen in Zeeland verdragende beslissingen worden genomen met betrekking tot de ruimtelijke, economische en sociaal-culturele ontwikke ling. Er staat veel op het spel; er kan veel worden op gebouwd, maar ook veel worden verknoeid. De ver schillende alternatieven vragen om een zorgvuldige afweging van kosten en baten, teneinde te voorkomen, dat de beperkte financiële middelen worden aange wend voor verkeerd-gerichte investeringen. In de huidige situatie ligt een grote uitdaging opgesloten voor de bestuurders, voor hun adviseurs en voor de voorhoede van de burgerij. Bestuurstechnische coör dinatie, deskundig onderzoek en publieke discussie zullen, in onderlinge relatie, moeten bijdragen tot de vorming van een rationeel toekomstbeeld voor Zeeland. KASTANJES Van de rijpe zomer de blinde, helgroene ogen—: in één nacht gingen zij open en uit hun verwelkende wimpers treft mij de bruine glanzende blik van de herfst. WILLEM ENZINCK 143

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1966 | | pagina 3