Mededelingen van het Zeeuwsch
Genootschap der Wetenschappen
Het Oera-Linda-Boek
Samenvatting van een voor
dracht over het Oera-Linda-
Boek, gehouden voor het
Zeeuwsch Genootschap der
Wetenschappen op 24 novem
ber 1965.
Bij het Amsterdamse onder
zoek van het Oera-Linda-
Boek is bij de codicologische
analyse van het handschrift
vastgesteld dat de copiist op
bepaalde bladen mogelijk een
ingrijpend van zijn legger af
wijkende tekst gegeven heeft.
Omdat deze plaatsen in hun
samenhang met het geheel
van de tekst bestudeerd die
nen te worden, is getracht de
litteratuur te achterhalen die
eraan ten grondslag zou kun
nen liggen. Vastgesteld kon
worden dat er naast de in dit
verband reeds bekende kro
niek van Occo Scarlensis ge
bruik is gemaakt van Westen
dorps Jaarboek der Provincie
Groningen II (1832), Van den
Bergh, Proeve van een kri
tisch woordenboek der Neder-
landsche mythologie (1846),
Ab Utrecht Dresselhuis, De
godsdienstleer der aloude Zee
landers (1845) en A. de Ja
gers Taalkundig magazijn III
(1840). Op de onderzochte
passages worden wetenschap
pelijke veronderstellingen uit
deze werken bevestigd. Tege
lijkertijd kan worden aange
toond dat ook elders in de
tekst gegevens hieraan ont
leend zijn.
Wie vertrouwd is met de dis
cussie over het O.L.B. zal het
opvallen dat hierbij geen pu-
blikaties uit de kringen van
i) In de zomer van 1958 is het
O.L.B. door Professor dr. W. G.
Hellinga met een groep studenten
van de Universiteit van Amster
dam opnieuw onderzocht. Zie hier
over Hellinga in Fryske studzjes
oanbean oan Prof. dr. J. H. Brou
wer, Assen 1960, p. 247-250.
het Friesch Genootschap ge
vonden zijn. Bij de beoorde
ling van de kwestie dient men
zich echter voor ogen te hou
den dat het handschrift waar
schijnlijk slechts toevallig te
Leeuwarden zijn bewerker
vond. Ook buiten Friesland
waren er geleerden te vinden
die de Friezen de rijkste tra
dities in het Germaans ver
leden toedachten. Men vindt
hen in de kringen van de ge
leerde genootschappen, waar
de vaderlandse oudheidkun
de met geestdrift beoefend
werd voordat door discipline
ring van de methoden van
onderzoek gespecialiseerde
scholing noodzakelijk was.
P. F. J. Obbema
De Werkgroep Historie en Ar-
cheologie heeft een begin ge
maakt met de uitgave van een
reeks van overdrukken onder
de naam:
ZEEUWSE STUDIËN.
Als eerste in deze reeks is
verschenen: Beeldend recht,
tekeningen bij strafvonnissen
uit Zierikzee (XVIe—XVIIIe
eeuw.), door J. Th. de Smidt
en M. P. de Bruin.
Overdruk uit: Verslagen en
Mededeelingen dl XII, 3
(1965) van de Vereeniging tot
uitgaaf der bronnen van het
Oud-Vaderlandsche Recht.
De prijs van Zeeuwse Studiën
I bedraagt voor leden van de
Werkgroep en abonnees op
het Bulletin: 2,25. Voor alle
andere belangstellenden is de
prijs vastgesteld op 3,25.
Bestelling dient te geschieden
door storting op postgirono.
650087, ten name van mr. Tina
Kannegieter te Middelburg,
onder vermelding van de
woorden Zeeuwse Studiën I.
Aanvulling lijst
Zuidbevelanders-
naar-Religie
Bij de publikatie van de lijst
in het vorig nummer is weg
gevallen de belangrijke re
strictie, dat het westen van
Zuid-Beveland (van Wol-
phaartsdijk tot Borssele) en
het oosten (van Kruiningen
tot Rilland) in deze lijst te
gering vertegenwoordigd zijn.
Publikatie in het Zeeuws Tijd
schrift was niet voorzien; dit
is door omstandigheden ge
schied, buiten de bedoeling
van ondergetekende om. Wij
zijn echter de laatste om deze
gang van zaken te betreuren;
we zien hierin (mèt dr. P. J.
Meertens) een unieke kans, te
komen tot een objectieve en
zo compleet mogelijke lijst.
Wij ontvingen reeds enige
prettige reacties uit Kruinin
gen en uit Kampen met ge
wenste aanvullingen.
Wil ieder die er kans toe ziet,
de lijst aan te vullen, zich
wenden tot: Adr. de Boo,
Kerklaan 16, Kwadendamme.
Mevrouw mr. C. Kannegieter
heeft, hiertoe genoopt door
drukke werkzaamheden el
ders, haar functie per 1 janu
ari 1966 neergelegd. Zij wordt
opgevolgd als administratrice
van het Zeeuwsch Genoot
schap der Wetenschappen
door mevrouw C. A. van Al-
menkerk. De redactie van de
„Mededelingen" van het
Zeeuwsch Genootschap blijft
in handen van mevrouw Kan
negieter.
293