Scherpenisse
Uit landschappelijk oogpunt onverzorgd terrein
Westerschouwen
Goed verzorgd terrein
Waarom industriële agrarische bouw niet aan regels binden?
afgraven om enig geldelijk voordeel niet verantwoord.
Helaas is het tot op heden slechts om waterstaatkundige
redenen mogelijk ontgrondingen te weren. Van gelijk
belang zijn de kreken, die een bijzonder stempel druk
ken op het landschap. En niet alleen door de afwisse
ling die zij bieden en door hun schoonheid, doch ook
door de betekenis die zij hebben voor de vogelwereld
en plantengroei. Zij zijn van direct belang voor de
beoefening van de hengelsport. Helaas wordt het
aspect nogal eens bedorven door vuilstortplaatsen en
slordig getimmerde vishokjes. Het is merkwaardig hoe
men zich beijvert en het zijn dikwijls gemeenten
elke oneffenheid in het terrein weg te werken waarbij
een jarenlange rommelige aanblik geen rol speelt, ter
wijl op een niet al te bezwaarlijke wijze een veel
betere oplossing mogelijk is. Met een groengordel en
wal is reeds veel te bereiken!
Deze drie elementen, duinen, dijken en kreken, vor
men de kernelementen van het Zeeuwse landschap en
verdienen volledig beschermd te worden. Evenals dit
het geval is met stedebouwkundige monumenten, die
typisch zijn voor plaats of streek. Het in standhouden
daarvan kost geld. Hetgeen echter alleen reeds uit
toeristisch oogpunt verantwoord is.
Van niet minder belang is de „open ruimte". Van
oudsher heeft de bebouwing in het landelijk gebied
buiten de bebouwde kommen uitsluitend ten doel de
huisvesting van degenen, die er werken; landgoederen
buiten beschouwing gelaten. Voornamelijk dus voor
landbouwers met hier en daar een herberg en polder
gemaal. Deze bouwsels passen goed in het landschap,
zij horen erbij en hebben een typische aankleding. Niet
alleen te zien aan al of niet royaal beplante erven,
maar ook aan de boerentuinen met een heel andere
opzet en aard dan die in een stedelijke omgeving. Zo
doende een sfeer scheppend van rust, eenvoud en
harmonie.
Thans hebben er in dit opzicht grote veranderingen
plaats. De bedrijven veranderen van structuur, worden
vergroot ofwel geïntensiveerd. De arbeiders gaan in
het dorp wonen of kiezen een ander beroep. Deze
veranderingen zijn noodzakelijk willen de bedrijven
met hun tijd mee kunnen gaan.
Men kan zich afvragen in hoeverre deze tendens van
invloed zal zijn op de open ruimte van het landschap.
Bij vergroting van bedrijven worden er gebouwen af
gestoten. Deze worden niet afgebroken maar krijgen
een bestemming als tweede woning, zomerwoning of
voor blijvende bewoning van een niet-landbouwer.
In het algemeen betekent dit het brengen van een
vreemd element in het landschap. Slechts bij uitzon
dering heeft een verbouwing en omlijsting zodanig
plaats, dat van een aanpassing aan het landelijk ka
rakter kan worden gesproken. De bedrijfsvergroting en
-verbetering is er tevens oorzaak van dat de typische
en intieme, doch schaarse heggelandschappen verdwij
nen: b.v. Ellewoutsdijk en Nisse. Evenals dit het geval
zal zijn met beplantingen, voorkomende op perceels
scheidingen. De specialisatie kan uit landschappelijk
oogpunt in de sector fruitteelt aantrekkelijk zijn, doch
voert anderszins tot industriële bouwvormen, die sterk
ingrijpen in het landelijk aanzien. Zó sterk, dat voor
kassenbouw en fabriekmatige fokbedrijven wering uit
bepaalde gebieden en het stellen van architectonische
eisen wenselijk wordt. Een maatregel waarmede de