37 procent van alle vrouwen hebben in elk geval
een jarretellehouder, en daarvan weer 31 procent
is jonger dan 30 jaar.
Gemiddeld wordt een dergelijk kledingstuk elke
13 maanden vernieuwd. Deze cijfers gelden voor
Frankrijk, maar zullen stellig per land niet zo heel
sterk verschillen."
Indien dit laatste waar is, zo mogen wij vragen, is
het verschil binnen ons land dan wél groot? Gezien
hef toenemende toerisme ten onzent zou een socio
logisch en marktanalytisch onderzoek op zijn plaats
zijn. Onze blik op deze zaken moet zeker worden
verruimd.
NIET IRENISCH OF IRONISCH
Waarom zouden wij zwijgen over hef lied „Aan
prinses Irene" dat op 5 mei is gezongen tijdens
het reformatorisch appel te Middelburg. Het
Zeeuws Tijdschrift verscheen voor hef eerst sinds
jaren eens op tijd, zodat het bericht dus niet meer
„mee kon". Voor een tweemaandelijks tijdschrift
is de actualiteitstermijn twee maanden. Zouden wij
nu het bericht verzwijgen, wel- of allicht dat onze
rooms-katholieke broeders ons partijdigheid zou
den verwijten, temeer daar de begeleidende preek
waarschuwde voor de „listige Jezu'ieten". Het is
verre van ons irenisch of ironisch te zijn. Onze
monarchie heeft de orkaan achteraf bezien fier
doorstaan en dat lijkt ons oneindig belangrijker,
dan de acute opschuddingen die zij veroorzaakte
en die wat ons betreft tot de vaststelling leidden
dat ons respect voor de Koningin en haar Huis
niets te maken heeft met het antwoord op de
vraag of zij en haar verwanten toevallig tot onze
groep behoren of niet, maar dat het berust op
het „bindende element". Aldus ook beleren ons de
handboeken van het staatsrecht. Overigens hadden
wij nog graag iets gezegd over prins Charles Hu-
gues, maar helaas verschijnt nummer drie van hef
Zeeuws Tijdschrift ten enenmale te laat om hem
nog ten goede te doen keren.
Aldus het jaarverslag over 1963, vermeld in „Het
Vrije Volk" van 15 mei j.l. onder de kop: Bestuur
dershond Terneuzen hekelt provinciaal beleid. Wij
mogen aannemen dat het hier niet gaat om de
wens buiten Terneuzen geen bouwvolume toe te
wijzen, maar om de verstrekkendheid van de toe
wijzing, meer dus om de dosering of de gradatie
dan om het principe. De opvatting omtrent minder
of meer concentratie is in ons gewest nauwelijks
aan de orde gesteld, ofschoon zij de essentie is
van het spreidingsbeleid en van het toekomstige
aangezicht van stad en land. Staten-generaal en
Staten-provinciaal schijnen er zich nauwelijks om
te bekommeren. De politieke redekunst richt zich
niet gaarne op dergelijke netelige vragen, waarop
het antwoord dwars door de parti/en heen loopt
en meer te maken heeft met de woongemeente van
de geachte afgevaardigde dan met de beginselen.
Hef Zeeuws Tijdschrift hoopt in een van zijn vol
gende nummers eens een pet over de sloot te
gooien om te zien wie zal springen, over de sloot
of in onze nek.
REINAERTSTREEK
Bij Draaibrug, tussen Aardenburg en Sluis, zijn
resten gevonden van muren, waarin een steen
voorkomt met de beeltenis van een vos. Wij vrezen
dat de aloude strijd tussen Hulst en Aardenburg
om het recht op Reinaert weer zal oplaaien, uit
gesproken nu burgemeester A. L. S. Lockefeer van
Hulst juist met pensioen is gegaan.
DE VELLEN
Vlissingen is wederom kampioen geworden in een
van de zes eerste klassen amateurvoetbal. De twee
elkaar beoorlogende supportersverenigingen zijn
er niet in geslaagd Middelburg op de eerste plaats
te brengen. Het kreeg met twee punten de vellen.
PET OVER DE SLOOT
Niemand kan de noodzaak aantonen van het z.g.
Vlakoplan voor woningbouw in Oost-Zeeuwsch-
Vlaanderen. De versnippering van bouwcapaciteit,
die hierdoor wordt veroorzaakt valt ten zeerste
te betreuren. Dit plan is alleen gebaseerd op de
uitbreiding van Terneuzen. Het is een kwestie van
zonder meer profiteren van de inspanningen en de
investeringen, die een hiervoor nog te kleine ge
meente als Terneuzen zich moet getroosten. Het
provinciaal bestuur moet zich realiseren, dat men
geen beleid kan voeren en tegelijk met iedereen
goede vrienden kan blijven. Als hier van een be
leid sprake is dan is het voor de NVV-Bestuurders-
bond Terneuzen onbegrijpelijk."
REMISE
Prof. Groenman heeft voor het instituut voor be
stuurswetenschappen in Zeeland gesproken over
de gemeentelijke herindeling. Een essentieel punt
blijkt voor hem de mogelijkheid van communicatie
te zijn. In Amsterdam weet de bevolking niet meer
wat het bestuur uitvoert. In Goes weet zij wel
waarom een straat wordt opgebroken. Afgezien
van de vraag waarom de hoogleraar nu juist Goes
als illustratie heeft gekozen, wijzen wij er op dat
door alle samenvoegingen hef inwonertal van de
Ganzesfad nergens wordt benaderd. Prof. Groen
man mist een logische gedachtengang in de her
indelingsplannen. Daarmee zijn we dus weer quitte.
Vg-
103