Legenda 1 areaal van de relatief kalkrijke zandgronden; tevens Duin district. 2 areaal van de relatief kalkarme, pleistocene zandgronden met podzol- en gley-eigenschappentevens Vlaams District. 3 areaal van de relatief kalkarme en relatief oude zeekleigronden tevens Fluviatiel District. 4 areaal van de relatief kalkrijke en relatief jonge zeekleigronden; tevens Fluviatiel District. Het zijn volgens de bodemkundige classificatie jonge zeekleigronden, doch binnen Zeeland gezien, behoren ze tot de oudste zeekleigronden. Naar de Bodemkaart van NederlandZeeland, bladz. 7. Schaal: I 200.000. Opname 1952-1954. Uitgave 1960 Stiboka. gezien, aan de koppen der eilanden terug, de hoger gelegen delen mogen we voor de eenvoud identificeren met de vele dijken in Zeeland. De mens heeft ook vele wegen aangelegd op de van nature hogergelegen de len. De oevers langs de kreken lagen relatief hoger, doch dankzij de vroegere veenvorming en de daarop volgende klei- en zandafzettingen werden de kreken opgevuld met materiaal, dat minder inklonk dan de naastliggende gronden, waar de klei op het veen rustte. Hierdoor kwamen juist de vroeger het laagst gelegen gedeelten hoger te liggen dan de hoogst ge legen delen. Deze z.g. omkering van het reliëf heeft vrijwel in heel Zeeland plaats gehad. Bodemkundig gezien hebben we te maken met pure zandgronden, de duinen en enkele gedeelten van Jonge beplanting bij Ritthem (populieren met struikbeplanting van o.a. els, meidoorn, veldiep) (foto Staatsbosbeheer)

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1964 | | pagina 9