Zeeuws prentenboek
Schepen in nood
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
No. 4
Het Buitengewoon Nommer dat
de „Middelburgsche Courant" op
zondag 1 oktober 1911, des mid
dags om twee uur aan haar bureau
liet voorhangen, gewaagde van
ramp op ramp tengevolge van de
vehemente storm die sinds de vo
rige avond over Zeeland raasde.
De Spoorboot I, van Zierikzee op
weg naar Middelburg, had Katse-
veer noch Kortgene kunnen aan
doen. De enorme watermassa die
door het Veerse Gat kwam op
zetten maakte het schip onbestuur
baar, hoewel het stuurrad door drie
matrozen bediend werd. In het
westelijk deel van de Zandkreek
sloeg de boot op de schorren en
bleef daar muurvast zitten. De
passagiers moesten de nacht aan
boord doorbrengen. Persoonlijke
ongelukken deden zich niet voor.
Spoorboot II, varend van Mid
delburg naar Zierikzee, werd ter
hoogte van Wolphaartsdijk op de
steenglooiing geworpen. Ook hier
grote angst en ongemak, maar geen
slachtoffers.
's Zondagsmorgens te half drie
strandde voor Westkapelle de
Finse bark „City of Benares", die
in ballast voer. Een stortzee vaag
de veertien man van het dek; negen
van hen verdronken. Elf leden van
de bemanning werden „dank zij de
flinke en kloeke hulp van de West-
kappelaars" gered. De geneesheer
Campert (dat is dan de vader, res
pectievelijk grootvader, van de
122