Zeeuws Tijdschrift
Bewondering voor de Zeeuwen
N U At M E R 3l4 5 e JAARGANG 19 5 5
Een ministerieel ten geleide"
MET genoegen voldoe ik aan het verzoek van de
redactie van het „Zeeuws Tijdschrift" om voor
het speciaal Landaanwinningsnummer een „Ten
Geleide" te schrijven.
Dit genoegen spruit voort uit bewondering voor de
Zeeuwen, die in de achter ons liggende jaren zulke enor
me slagen, toegebracht door de erfvijand „het water",
wisten op te vangen en onder de moeilijkste omstandig
heden wisten stand te houden.
Nog rust een zware druk op Zeeland als een gevolg
van de watersnood en het zal jaren duren, eer alle her
stelbare wonden geheeld zullen zijn. Thans reeds echter
bieden de zwaar geteisterde gedeelten van Zeeland een
verheugend beeld van herstel en gaan nijvere handen
voort te werken aan de wederopbouw, de herverkave
ling en het landbouwherstel.
Zeeland staat op het ogenblik in het brandpunt van
de belangstelling. In de naaste toekomst zullen grote
waterbouwkundige werken moeten worden uitgevoerd en over enkele tientallen jaren zal Zee
land beschermd zijn door dijken, tengevolge waarvan, naar wij hopen, de grote zeegaten
ontoegankelijk zullen zijn voor stormvloeden.
Zeeland is van oudsher een provincie geweest met een typisch eigen karakter. Dit was mede
een gevolg van het feit, dat de Zeeuwse eilanden in zekere mate geïsoleerd waren van de rest
van ons land, waarvan het een toch zo belangrijk deel uitmaakt. Als de grote werken voltooid
zullen zijn, betekent dit voor Zeeland het begin van een nieuw tijdperk. Brede wegen zullen
korte en snelle verbindingen geven met de belangrijkste steden van ons land, waardoor de
bewoners van de dichtstbevolkte provincies Zeeland zullen weten te vinden als vacantieoord
en ertoe zullen komen om Zeeland in het algemeen en de aan historie zo rijke Zeeuwse
steden en dorpen in het bijzonder, opnieuw te ontdekken.
Omgekeerd zal ook de bevolking van Zeeland er gemakkelijker eens uittrekken naar andere
delen van ons land.
In Zeeland zijn in het kader van het Deltaplan enkele mogelijkheden tot landaanwinning.
In dit nummer van het „Zeeuws Tijdschrift" worden o.a. deze mogelijkheden belicht. Ik
hoop, dat de redactie van het „Zeeuws Tijdschrift" zal slagen in haar opzet om met dit
landaanwiningsnummer en de daarop volgende uitgaven van haar blad de sympathie, welke
Zeeland binnen en buiten onze grenzen geniet, nog te versterken.
69