De Zeeuwse milieufederatie
ZL
1974 - 2006: een mereld van verschil
Kees Slager
'De Zeeuwse milieubeweging botst tegenwoordig nog zeiden met de autoriteiten maar
steeds vaker met delen van de bevolking.' Een constatering van Kees Slager, die de ge
schiedenis van de Zeeuwse milieubeweging vanuit zijn eigen 'participerend journalis
tieke' betrokkenheid heel goed kent. Eerder schreef hij in Zeelandboek (deel 5) een
reflectie op de strijd om de open Oosterschelde. Bekend vanwege zijn boek De Ramp,
een historische benadering waarin hij onder andere de heroïek van burgerinitiatieven
beschrijft, maar ook het licht laat vallen op - naast hun verantwoordelijkheid nemende
bestuurders - jammerlijk falende autoriteiten, schreef hij in deel 7 van Zeelandboek
een essay over de vraag of Zeeland de ramp nu echt verwerkt heeft. Wie Kees Slager
kent, weet dat het milieu en Zeeland twee van de onderwerpen zijn, die hem zeer ter
harte gaan en dat hij daarin kritische standpunten inneemt. Hij was jarenlang eindre
dacteur van het blad De Gouden Delta, hetspraakmakende blad van de VMZ. Deze keer
schrijft hij op verzoek van Zeelandboek een beschouwing over de positieverandering
van de Zeeuwse Milieu Federatie (ZMF).
Dat de ZMF in haar nu bijna 25 jarige geschiedenis meermalen voor heftige
emoties heeft gezorgd, is op zichzelf niet bijzonder. Ook een van de milieuclubs die
haar voorgingen kon rekenen op de warme en zelden bedachtzame belangstelling
van voor- en tegenstanders. Het milieu is nu eenmaal een emotioneel geladen onder
werp. Toch ligt er een wereld van verschil tussen de argumenten die op 11 december
1974 leidden tot het besluit van de gemeenteraad van Borsele om de subsidie (75
gulden) aan de Vereniging Milieuhygiëne Zeeland (VMZ), één der voorlopers van de
milieufederatie) stop te zetten en de argumenten die de gemeenteraad van Reimers-
waal op 31 oktober 2006 gebruikte om hetzelfde te doen met haar subsidie (1100
euro) aan de ZMF.
In Borsele waren de raadsleden verontwaardigd omdat er enkele sarcastische zinnen
over het milieubesef van de scheidende Commissaris der Koningin Van Aartsen ('Jan
Industrie') hadden gestaan in De Gouden Delta, het maandblad van de VMZ. Borsele
was niet de enige gemeente die struikelde over de satirische toonzetting van het
afscheidsartikel van de Commissaris. Toen het blad in 1975 een cynisch sprookje af
drukte waarin gedeputeerde A. Kaland ('de onderkoning van Zeeland') de hoofdrol
speelde, besloot ook een meerderheid in Provinciale Staten om de subsidie stop te zet-