plezier van de visuele inspiratie gaf mijn tijdelijke microkosmos mij de kans om bij zondere mensen te ontmoeten en om na te denken over het concept Tijd. Palen die eeuwenoud leken, bleken elke vijftig jaar te zijn vervangen. Ik onderzocht een systeem van kustbescherming dat verbonden is met de hele geschiedenis van de streek en zelfs van de Nederlandse kust. Ik begon te beseffen hoe moedig degenen zijn die bij het zoeken naar oplossingen bereid zijn aan orthodoxe ideeën te twijfelen én aan hun eigen gedachten. Het boek is geen pleidooi maar een verslag. Praktische oplossingen zijn tijdelijk, onderzoek en experiment moeten doorgaan. Dankzij mijn lange wande ling op de stranden van Walcheren besef ik nu, met méér dan mijn verstand, hoe klein wij zijn, maar ook hoe immens de consequenties van onze daden kunnen zijn.' Pauline van Lynden doet, met veel Zeeuwse hulp, onverwachte ontdekkingen. 'Ik werd gewezen op het Van Lyndenshoofdvóór kasteel Westhove. Ik had daar nooit van gehoord. Het draagt de naam van een voorvader, Willem Carel Hendrik baron van Lynden van Blitterswijk, secretaris van de Admiraliteit en representant van de Eerste Edele van Zeeland van 1778 tot 1795. Zijn moeder was Justine van Borssele van der Hooge. Later woonde oom Willem op Ter Hooge, R.W. graaf van Lynden, secretaris en dijkgraaf van de Polder Walcheren, het waterschap dat de kustverdediging, dus veel palen, in beheer had. Dat zijn, gelukkig, toeval ligheden die tijdens zo'n breed onder zoek op je pad komen. Ik ben nimmer, als uitgangspunt, op zoek gegaan naar een familiehistorie. Ik ben blank, vol komen spontaan, begonnen.' 'Er was meer. Ik kreeg al snel contact met de opzichter en de kantonniers van het wa terschap. Daar leer je van. Veel. Wat wist ik van de natuur, de getijden, van de kust en de problemen? Niets. Daarnaast waren er al die behulpzame mensen, de archieven, de prachtige collecties en vooral de verhalen in die heerlijke Zeeuwse taal. Ik heb ze fonetisch opgeschreven, om ze bij me te houden en te gebruiken bij de samenstelling van het boek. En zo kan, onder meer uit la petite histoire, een leesbaar landschap ontstaan.' 'Ik had een aardig contact met Thijs Kramer. Wij vonden elkaar toen hij mijn foto's bekeek en zei dat hij een vogelaar was. En dat ik waarschijnlijk nog nooit gehoord had van de Paarse Strandloper. Dat was ook zo. Een zeldzame trekvogel die wel eens neerstrijkt op de paalhoofden voor Westkapelle, omdat daar veel stenen zijn en de vogel er behalve voedsel een veilige hoogwatervluchtplaats vindt. Ik had daar - on bewust - een foto van gemaakt en gedacht dat die arme vogel ziek was. Ik wist niet van een rustende Paarse Strandloper. Thijs heeft nog net, vlak voor zijn ongeluk, het bijna-af-boek kunnen zien...'

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2007 | | pagina 12