noordhoek:
ZL
Van Zuidvliet tot Zuidpool
Mei 2006. In twee sessies vertelt Leen Noordhoek in zijn kantoor in Zierikzee hoe
zijn ouders de veerdienst Katse Veer - Kats onderhielden. Hoe ze na beëindiging van
dat veer in 1960 een duikbedrijf startten dat meegroeide met het Deltaproject. En
hoe dat bedrijf anno 2006 is uitgegroeid tot een onderneming met 65 medewerkers
in vaste dienst dat all over the world duikwerk doet en een zware offshorepoot
heeft. Er is een aparte werkmaatschappij die niets anders doet dan technische in
novaties ontwikkelen die toegepast worden in het eigen bedrijf maar ook vermarkt
worden. Schoondochter Annemarie Noordhoek-Kok doet de communicatie van het
bedrijf en neemt deel aan de gesprekken.
Leen Noordhoek begint bij het begin: 'Als je onderzoek doet naar het geslacht
Noordhoek op Noord-Beveland dan kom je vooral veel boeren en boerenknechten
tegen. Varen zat niet in ons bloed. Totdat mijn opa Johannes Noordhoek in beeld
komt. Op zaterdagavond maakte hij muziek in de Korenbeurs in Kortgene. Maar
hij wilde de wereld zien. Hij gaat op de wilde vaart en ziet al varend veel van de
wereld. Hij stapt over op de binnenvaart om vervolgens knecht te worden bij een
beurtschipper. Die voer van Wolphaartsdijk op Rotterdam. Later wordt mijn opa
zelf beurtschipper. Hij vaart vanuit Kortgene op dinsdag naar de weekmarkt in
Goes en op donderdag naar de weekmarkt in Middelburg. Alle zes zonen van Jo
hannes gaan varen. De oudste zoon Kees (Cornelis P., 1913) is mijn vader. Die is in
1933 zelfstandig binnenvaartschipper geworden. Hij trouwt in datzelfde jaar met
Pieternella de Jonge uit de Wilhelminapolder en er worden drie zonen geboren: Jo
(Johannes J.F., 1934), Cor (Cornelis P.F., 1939) en ik (Leenderd M.A., 1947). Ik ben
dus van na de oorlog; mijn twee oudere broers hebben in en na de oorlog op een
school voor schipperskinderen en bij familie gezeten en waren dus gescheiden van
het gezin. Met die oorlogsellende erbij was dat een hele moeilijke tijd voor ons ge
zin. In 1948 pacht mijn vader de veerdienst tussen Katse Veer op Zuid-Beveland en
Kats op Noord-Beveland. Hij sluit een langjarig pachtcontract met de Koninklijke
Maatschappij Wilhelminapolder, de eigenaar van het veer. Vader kocht twee wrak
kige scheepjes: de Lady en de Katsplaat, aanlegsteigers waren er niet. Die zijn later
aangelegd door Van der Straaten. In het veerhuis aan de Zuid-Bevelandse kant
