De pleinen van Borsele Voorbeeldplan Vierde Nota: 'Meer leefruimte voor het dorp' Parels in de Zak Borsele is vooral bekend vanwege het prachtige landschap van de Zak van Zuid-Beveland, maar ook door de industrie en niet in de laatste plaats de kerncentrale. Niet voor niets presenteert de gemeente zichzelf als 'gemeente van contrasten'. Minder bekend is dat er in het fraaie van de Zak hele mooie dorpen liggen met bijzondere pleinen en straten. De gemeente Borsele heeft de laatste tien jaar erg veel in haar openbare ruimte geïnvesteerd. Ze deed dat volgens een bewuste strategie, geïnspireerd door de toekenning van de status 'Voorbeeldplan Vierde Nota'. Begin jaren negentig werden veel dorpskernen in de Zak geplaagd door de 'vooruitgang'. Nieuwe modeverschijnselen, waaronder de biels, de grinttegel en niet te vergeten moderne verkeerskundige oplossingen bepaalden het staatbeeld. Drempeltje hier, asverlegginkje daar. Na iedere kik van de vaak klagende burger werden ad hoe aanpassingen doorgevoerd. Het resultaat was een zeer onrustig ogende en weinig wervende openbare ruimte. De pleinen en straten verkommerden tot verkeerskundige ruimten in plaats van ontmoe tingsplek te zijn. Veel inwoners van de dorpen hebben een speciaal gevoel voor hun plein. Juist bij kleine kernen bepalen de pleinen sterk het karakter van het dorp. De gemeente had hier oog voor. De dorpspleinen, zo was begin jaren negentig de boodschap, moeten hun uitstraling terugkrijgen. De gemeente begon voorzichtig. Zij gaf aan Bosch Slabbers, tuin en landschaps architecten, de opdracht tot herinrichting van de Slotstraat. het dorpsplein van Baarland. Daarop kwam het bureau met een voorstel: waarom niet meteen een totale visie op de pleinen van Borsele? Dit idee mondde uit tot het Voorbeeldplan Vierde Nota, waarin voor in totaal zeven dotpen herin richtingsplannen werden gemaakt. Inmiddels zijn al in tien van de vijftien dorpskernen van de gemeente herinrichtingsplannen uitgevoerd en staan nog meer plannen op stapel.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2005 | | pagina 151