25 juli 2006 DROOM ZEEUWS TOUR COMITÉ "Die Ollanders, het zijn rotzakken jongen. Ik praat nie alleen over de Ollanders, want de Belgen zijn precies het zelfde. Ik heb m'n dienstplicht gedaan in Holland. Wat wil je nog meer. Met hart en ziel ben ik soldaat geweest.' Tevergeefs doet Theo in 1979 een beroep op de Nederlandse overheid als hij denkt in aanmerking te komen voor zijn AOW. 'Ze moesten me niet hebben. Geen klote heb ik gekregen.' In 1951 stopt Theo Middelkamp met zijn wielercarrière en runt hij samen met zijn vrouw zijn naar zichzelf vernoemd café in Kieldrecht. Als zijn vrouw in 1961 overlijdt trekt hij zich volledig terug uit het openbare leven. In zijn laatste levensjaren, treedt hij, mede door toedoen van Fons Bleijen- berg uit het aangrenzende Nieuw-Namen, weer in de publiciteit. Ons gesprek was zijn laatste interview. 'Het café is nog altijd van mij. Ga er subiet maar iets drinken.' En dat doen we. Temidden van de mannen van Kieldrecht komt het gesprek al vlug op Theo. Ieder heeft zijn mening. 'Fiel heeft geen ruimte om te nego tiëren', zegt er een. Een ander oppert: 'het is een kordaten eeh, 'n resoluten!' Die ochtend is de Tourkaravaan gestart in Terneuzen. Vandaaruit buigt de route naar het zuiden, richting Frankrijk. Het parkoers van die dag loopt door de Mérodestraat van Kieldrecht. Voor het café 'Theo Middelkamp' stappen alle renners van hun fiets en nemen een minuut stilte in acht. Daarna is het tourdirecteur Jean-Marie Leblanc, die een kunstwerk onthult; een atletisch gebouwde gestalte met aan zijn hand een flets. Een fiets met aan het achterwiel aan weerszijden een tandrad. Een monument ter herinnering aan een wielerlegende die het koersen in Nederland op de kaart heeft gezet: d'n Fiel, lepe Fieleke.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2005 | | pagina 130