DE MOMENTEN VAN LEIN LABRUYÈRE
staat hij aan het hoofd van de grootste Hogeschool van Nederland.
Voor het eerst weg uit Zeeland betekent ook weg van de roots, weg van
de kust. Weg van Domburg waar Lein voor het eerst ontdekte hoe goed
management werkt 'als je maar een clubje vormt'. „Ik had nooit gedacht
dat ik bakker zou worden, dat ik wethouder zou worden. Ik ben een
mens van momenten."
Als jongste van het gezin zou Lein in de bakkerij komen. Studeren was
voor hem eigenlijk helemaal geen optie. Mist dat ook nog steeds niet.
„Ik heb mazzel gehad. Heb kansen gepakt en ben misschien ook wel
roekeloos geweest." En lachend: „Ik werd niet gehinderd door enige
kennis."
Hij vond de bakkerij prima. „Ik vond het heerlijk om te ontdekken dat je
als clubje in de zaak hele goede dingen kon bereiken. Dat je je personeel
moet laten zien dat je ze waardeert. Gewoon eens iets extra's doen. Maar
vooral dat gevoel dat je het met dat clubje doet."
De parallel met wat hij nu doet, is snel gevonden. „Ik zoek kampioenen.
Managers die hun neus niet ophalen voor zo'n klus, die met gevoel pra
ten over studenten. Mensen die het heerlijk vinden hun krachten te geven
aan deze kansenfabriek". De Hogeschool is in zijn ogen het podium
waar jonge mensen kansen krijgen om zichzelf te ontplooien. De school
telt - verdeeld over een aantal locaties - maar liefst 36.000 studenten.
De omzet bedraagt 240 miljoen Euro. Zo maar wat gegevens die Lein
over tafel strooit om de grootte van de operatie beeldend te maken.
Leuk
In Domburg was het niet alleen de bakkerij waar Lein zijn loopbaan
begon. In die badplaats startte ook de PvdA-carrière van Lein. Als wet
houder en eigenaar van een steeds groter wordende zaak was het hard
Lein Labruyère in 1983:
Oliebollen bakken en ver
kopen op de Domburgse
markt.
PP"
38g§j
128