DE WERKENDE WESTERSCHELD
De lichtjes van de overkant. De Westerschelde is zonder einder. Het
silhouet van Vlissingen, de silo van Breskens, de pijpen en buizen van
Dow Terneuzen. Vervreemdend en toch bindend. De vuurtoren van
Westkapelle die je met een lange straal een hand geeft.
"Even naar de dijk", is al eeuwen een staande uitdrukking voor het volk
dat langs de Westerschelde woont.
Ze leven aan de achterkant van de dijk, waar de sloten recht zijn en de
taluds strak.
Dat is het contrast. Dat aangeharkte polderland en het buitendijkse,
chaotische rijk van het onvoltooide, van schepping en afbraak zonder
bestemmingsplan. "Niets is hier eeuwig", staat er op het uitlegbord.
Zuid-West-Nederland is uit de Schelde geboren. Na de kneveling van
de Oosterschelde door de stormvloedkering in 1986, is de Westerschelde
een laatste restant van de rivier die deze hoek van Nederland uit klei en
zand boetseerde.
Water trekt altijd. Het onderscheid. Op Cap Gris Nez, de Noordkaap,
de krijtrotsen bij Dover. Dat is een heel andere waterbeleving dan aan
de dijk langs de Westerschelde.
Kapen en rotskusten vormen zich uit ruwe natuur, waar geen mensen
hand ingrijpt. De Westerschelde is anders. Daar lees je uit het water de
geschiedenis van het land.
De Westerschelde vertelt het verhaal van de eeuwig wroetende mens.
Hele generaties zwoegden in dit landschap, probeerden de zee buiten
te schoppen. Het water was een vijand, nooit een vriend.
Denkbeelden veranderen. Ontpolderen. We moeten de zee nu weer
aaien.
200