VAN MISSISSIPPI NAAR WESTERSCHELDE Champagne Charlie Theo de Koning, die zich ook steeds meer voor die oorspronkelijke muziek ging interesseren, vond ik een stimulerend geest verwant. Op zoek naar de wortels van de blues Het was in eerste instantie helemaal niet gemakkelijk om aan muziekma- teriaal te komen. Via de platenhoezen van Britse artiesten kwamen we achter de namen van vooroorlogse bluesartiesten met bijzonder tot de verbeelding sprekende namen als Blind Blake Bo Carter, Blind Willie McTell, Robert Johnson, Peg Leg Howell, Mississippi John Hurt en Leadbelly. Hun muziek bleek allemaal in de jaren twintig en dertig op 78 toerenplaten opgenomen te zijn. Dat gekraak was voor onze door hifi stereo verwende oren toch wel even wennen. Maar ik kwam er al snel achter, dat ik me door dat gespetter niet meteen moest laten afschrikken. Die oude bluesmannen maakten indrukwekkende, pure muziek waar wij steeds meer door werden meegesleept. De intensiteit en het ongepolijste van de zang, het ritmische gitaarwerk, de haast huilende slidegitaren, die werden bespeeld met een glazen of stalen buisje -een bottleneck- en de hoog jankende, dan weer diep grommende mondharmonicaklanken maakten veel indruk op ons. Het waren geluiden uit een andere wereld en uit vervlogen tijden, maar op de een of andere manier sprak deze muziek ons enorm aan. De directheid van de persoonlijke boodschap, hoe simpel die vaak ook was in die oude bluessongs, werd je als het ware regelrecht in het gezicht geslingerd. Ik zat soms met mijn oor tegen de luidspreker om maar niets van de vaak moeilijk verstaanbare teksten en het op zeer primitieve wijze opgenomen gitaarspel, te hoeven missen. Samen met Theo kwam ik tot de conclusie: dat willen wij ook leren. Bluesgitaarles In die tijd was er geen internet om zaken op te zoeken, ook kon je geen cd roms kopen met gitaarinstructie. Gert de Meijer leek de aangewezen persoon om ons verder te helpen. Met onze eerste akoestische gitaren gingen we een aantal keren bij hem op bezoek. Hij bracht ons de begin selen van het 'fingerpicking' gitaarspel bij. Fingerpicking is een gitaar techniek, waarbij met de wijs-, middel- en ringvinger een melodielijn wordt gespeeld, terwijl de duim de baspartij voor zijn rekening neemt. Theo had de slag snel te pakken en ontpopte zich binnen de kortste keren als een zeer begenadigd gitarist. Zelf bleek ik een stuk minder talentvol te zijn en ik heb me met veel vallen en opstaan een bescheiden gitaarstijl aangeleerd. Gert zette ons ook op het spoor van blanke muzikanten die zich met die oude muziek bezighielden of deze verder probeerden te ont wikkelen. In die tijd is de basis gelegd voor wat veel later Champagne Charlie zou worden. Theo begon op de bluesharp te experimenteren. Al vrij snel kon hij een echte treinblues blazen. Ik begon me steeds meer toe te leggen op het zingen van blues en folksongs en samen bouwden 180

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2002 | | pagina 182