IMAGO EN IDENTITEIT VAN ZEEE AND hangt er maar vanaf hoe je het vertaalt. Als je ziet hoeveel mensen van buiten Zeeland hier nooit meer weg willen, dan valt dat nogal mee. En dialecten en klederdrachten zijn tradities die bij Zeeland horen. Die moet je niet verwarren met een moderne uitstraling." Van Zoest: "We willen het imago van Zeeland juist aanpassen aan de identiteit. Er lopen hier geen duizenden mensen rond in klederdracht en bovendien heeft Zeeland veel méér in huis dan dat". Bruinooge: "Onze strategische visie gaat ervan uit dat we inzetten op een beperkte, duurzame groei van werkgelegenheid en inwonertal, maar met behoud van de kwaliteit van de omgeving. De bedoelde uitbreiding moet met name worden opgevangen in de concentratiegebieden, zoals de Kanaalzone, het Sloegebied en in de grotere steden. Meer inwoners is ook gunstig om het voorzieningenniveau op peil te houden. Gezien de relatief beperkte bevolking lopen we in Den Haag toch steeds aan tegen het feit dat alle doeluitkeringen gewoon worden afgerekend op aantallen. We zijn deze campagne ook begonnen omdat veel te weinig mensen weten dat we hier ook hoog technische bedrijvigheid hebben, zoals Dow bijvoor beeld, en er vooral wordt afgegaan op toerisme, landbouw en visserij. Als blijkt dat de campagne werkt zal je moeten bekijken hoe het beleid van provincie, gemeenten en bijvoorbeeld woningcorpora ties zich daarop zal moeten aan passen. Als het gaat om wonen is met name de huursector in steden als Middelburg, Vlissingen en Goes behoorlijk overspannen. Aan de andere kant is het ook weer zo dat Zeeland steeds ge makkelijker vanuit alle regio's is te bereiken, zodat je kan gaan wonen waar je wilt". Van Zoest: "Zeeuwen zouden veel trotser kunnen en moeten zijn op hun provincie. Wij kun nen deze provincie alleen maar verkopen zoals die werkelijk is. Er zijn wel degelijk banen vrij in Zeeland en is er zeker niet alleen sprake van een vakantie-oord. Al werkende proberen we de doelgroep waar we nu op mikken verder uit te breiden. Want als Zeeland meer jongeren trekt, dan zullen de voorzieningen daar op den duur ook op worden aange past. Onze inzet op de dertigers Ontwikkeling werkgelegenheid wetenschappelijk opgeleiden in de industrie 1997-2002, European Coordination Ontwikkeling Relatieve ontwikkeling hier gedefinieerd als de toename van de in de industrie werkzame wetenschappelijk opgeleiden ten opzichte van de gemiddeld in de periode woonochtige potentiele beroepsbevolking Bron P J Louter (TNO Inro) en R E H M Smrts (TNO STB) De Technoiogiekaart van Nederland' 173

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2002 | | pagina 175