Water in Zeeland:
Zeeland is nooit af
TOINE POPPELAARS*
Water in Zeeland. Dit thema laat ruimte voor oneindige bespiegelin
gen. Niet in de laatste plaats vanwege het grote aantal processen en
projecten dat van belang is voor het waterbeheer van de toekomst.
Daarom heeft water een belangrijke plaats gekregen in de vijfde Nota
over de ruimtelijke ordening. Het Interprovinciaal Overleg heeft in
middels laten onderzoeken of de bestuurlijke structuur van de water
schappen wel aansluit bij de eisen die in de komende eeuw worden
gesteld. Daarbij moet onder andere gedacht worden aan de uitvoering
van de recent vastgestelde Europese Kaderrichtlijn Water. Mede met
het oog daarop heeft de door de Unie van Waterschappen ingestelde
Commissie Togtema rapport uitgebracht over de herstructurering van
de financiering van het waterbeheer.
Zeeland wordt geconfronteerd met een stroomversnelling én een
omslag in het denken over water. In onderstaand artikel geeft de
auteur, die als gedeputeerde de waterhuishouding van de regionale
wateren in zijn portefeuille heeft, zijn visie op het waterbeleid zoals
dat in maart 2001 door de Provinciale Staten is vastgelegd en in de
komende jaren moet worden uitgewerkt.
Linkerpagina:
De zeelandbrug.
e foto's in dit artikel
an Jeroen de Maat)
Met dank aan
r. P.R.A. Katsburg.
Inleiding
De provincie ziet er op toe dat de waterhuishouding optimaal functio
neert. Daarbij gaat het er om dat het grondwaterpeil voldoet aan de eisen
die de functie van het gebied vraagt (landbouwgronden vragen om een
ander peil dan natuurgebieden), voorts dat het onttrekken van grond
water in goede banen wordt geleid, dat de dijken op hoogte en sterkte
blijven, dat wateroverlast zo mogelijk voorkomen, dan wel bestreden
wordt en dat de waterkwaliteit, waar nodig, verbeterd wordt.
Bij de regionale wateren spelen de waterschappen en de gemeenten
een grote rol. De provincie heeft de regie over het te voeren waterbeleid,
de waterschappen en gemeenten geven daar een verdere uitwerking
aan. Uiteraard denken provincie, waterschappen en gemeenten vooraf
gezamenlijk na over het ambitieniveau van het beleid dat de provincie
vaststelt. Het moet immers wel uitvoerbaar zijn. Zo is in het waterhuis
houdingsplan van de provincie opgenomen dat de waterkwaliteit moet
61