DANIËI JAN PIETER BRUINOOGE ductieketen dichter bij de bronnen van hun grondstoffen. Het gevolg was, en dat gold met name voor Vlissingen, dat het grootste deel van de grond van het Havenschap onverkocht bleef. Boekhoudtechnisch werd de boekwaarde van die grond steeds verhoogd met de rente, die over de investering betaald moest worden. Dat kon allemaal best, maar het gevolg was dat de grond steeds duurder werd. Daan: "We hadden een negatief grondbedrijfDaarom konden we niet voor de markt uit investeren. Als er een klant kwam, dan waren we niet solvabel genoeg om nou eens de Bijleveldhaven te ontwikkelen. Daar hebben we wel kans voor gezien, maar dat is in vier fasen gebeurd. Gelukkig dat we dat gedaan hebben, want we zijn nu een van de grootste fruithavens van Europa. De tweede na Antwerpen. Wat ik voor elkaar heb gekregen is, dat ik kans heb gezien om met de participanten een grondsaneringsoperatie van de grond te krijgen. Daar hoor je nooit meer over, maar dat is natuurlijk heel belangrijk geweest. Ik zag kans om die participanten 74 miljoen op tafel te laten leggen om de verliezen uit het verleden weg te poet sen (het Rijk 50%, de Provincie 25% en de gemeentes Borsele en Vlissingen samen 25 Ik kan zeggen dat het Havenschap Vlissingen gewoon een verlies gevende toko was. Er moest elk jaar zo'n 6 a 7 miljoen bij. Nu hebben we een eigen vermogen van meer dan 100 miljoen en een positief saldo van het grond bedrijf van 30 miljoen. Dat betekent dat ik veel meer kan investeren en risico's kan nemen. We hebben in de Scaldiahaven 600 meter kade 17 meter diep voor de markt uit gebouwd. We gaan gewoon aan de tweede fase van de Scaldiahaven beginnen. Ik durf nu, even los van het contract met Hessenatie, een contract te tekenen waarin ik Hessenatie beloof voor 500 miljoen een buitenkade te realiseren". Kijk, dit is nu zo'n citaat van Daan Bruinooge, waaruit een paar van zijn eigenschappen naar voren komen. In de eerste plaats dat hij duidelijk kan uitleggen, hij weet daarin enthousiasme te leggen. Hij kan ook overtui gen. In de tweede plaats maakt de operatie duidelijk dat Daan én visie, én lef, én vermogen heeft om het bestuurlijk en financieel voor elkaar te krijgen. Die gemeentes zaten er natuurlijk niet op te wachten om samen 19 miljoen op tafel te leggen en de Provincie evenmin. Tenslotte wordt duidelijk dat Daan zijn eigen licht beslist niet onder de korenmaat plaatst. "Je zegt steeds: "Ik heb dit, ik heb dat gedaan. Maar zoiets kun je toch niet in je eentje doen?" "Nee, natuurlijk niet. Maar iemand moet het wel trekken. En die moet ook wéten hóe hij het moet doen. Je moet zo'n zaak niet van de ene op de andere dag voor elkaar willen krijgen, want dan gaat het niet door. Je moet daar de mensen rijp voor maken. Je moet het opbouwen. Je moet praten over de kansen op een wat langere termijn. Je moet laten zien dat, als er niets gebeurt, het steeds somberder wordt. Je vraagt of je samen niet iets kan bedenken om dat tij te keren. Dan weet je zelf de oplossing al lang natuurlijk, maar dan doe ik het zo, dat het voor die anderen ook hun eigen oplossing is. Je kan niet zomaar ergens in Den Haag zeggen dat ze maar even 37 miljoen moeten betalen aan de verliezen van het Havenschap. Dat moet je opbouwen. En dan had ik het geluk dat ik al vóór ik gedeputeerde was een paar mensen in Den Haag heel goed kende. Bij meerdere ministeries. En dan kun je argumenteren. Als er geen nieuwe bedrijven komen, dan krijg je ook minder vennootschapsbelasting...." 91

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2000 | | pagina 93