DANIËI JAN PIETER BRU1NOOGE gemaakt. De bouwfase met de Sardijntoren en het vervolg op het stuk ernaast, dat thans nog in uitvoering is, is mogelijk geworden door de politieke besluitvorming aan het eind van de jaren tachtig onder het wet houderschap van Bruinooge. Dat de definitieve vormgeving uit een latere periode stamt, doet niets af aan de prestatie van destijds. Daan: "Ja, dat waren drie grote, ambitieuze projecten. Ik heb dikwijls bij mezelf gedacht: als ik er met twee slaag, dan is dat al heel wat. Ze zijn wonder boven wonder alle drie gelukt. Het moeilijkst was Koopmans- Vissershaven, Beursplein en Arsenaalcomplex. Daar ben ik zeker tien, twaalf jaar aan bezig geweest. Ik ben er nog een maand langer wethouder voor gebleven, omdat de projectontwikkelaar tegen me zei: jij trekt dat contract nog wel voor mij door de raad hè. Het was een ingewikkeld, financieel zwaar contract, dat veel tegenslag heeft gehad, Raad van State-procedures, Stichting Stadsherstel die dwars lag en zo. Er is een dossier vol over. Daar moest je veel geduld voor hebben. Volhouden. Steeds weer opnieuw beginnen. Weer gaan praten. Maar het is er gekomen" Wie Daan Bruinooge over Vlissingen hoort praten en over die grote pro jecten, zou zich af kunnen vragen hoe hij zijn rode achterban meekreeg in deze ambitieuze zaken. De stad heeft er haar eenzijdig beeld van arbei dersstad door verwisseld voor een veelzijdiger, veel meer gedifferen tieerd karakter. Daan zelf heeft zijn antwoord wel klaar: "ln de jaren tach tig, toen ik daarmee bezig was, was het niet zo best gesteld met de werkgelegen heid. Dus ik zei: ik ga een recreatief toeristisch beleid opzetten (Boulevard, Plaza, Jachthaven, etc.). Dat brengt werkgelegenheid met zich mee. Daar is de PvdA dus vóór. Dat je daar ook nog 325 luxe appartementen voor moet bouwen om het te kunnen realiseren, dat is dan punt twee. Dan zei ik altijd: Ik ben wel PvdA- wethouder, maar als zoethouder moet je natuurlijk voor iedereen in Vlissingen zorgen. Zo zit de wereld in elkaar. Toch? En bij het kernwinkelgebied zei ik tegen mijn partijgenoten: Die kiezers van ons, die in Bossenburg wonen, die mogen we toch niet het recht ontzeggen om in hun eigen stad een goed winkelareaal te krij gen! Ik doe het niet alleen voor de middenstanders hoor, ik doe het voor de men sen in Bossenburg en Westerziclit, die het fijn vinden om in hun eigen stad leuke dingen te kunnen kopen en door zo'n opgeknapte stad te wandelen." OK, Daan heeft ook veel andere dingen gedaan. Pauwenburg Zuidoost bijvoorbeeld. Eind jaren tachtig een verloederde wijk, met nogal wat cri minaliteit. Daan heeft het plan gelanceerd en verdedigd om veel wonin gen af te breken, er veel minder voor in de plaats te bouwen en die wijk grondig te saneren. Kosten dertig miljoen. Die moesten opgehoest wor den. De woningbouwcorporatie moest 10 miljoen bijdragen, het renove- ringsfonds 10 miljoen en de gemeente moest ook nog eens een garantie van 10 miljoen afgeven. Hoe goed het gelukt is kan iedereen nu vaststellen. "Je moet nooit te succesvol zijn, heb ik geleerd. Dan krijg je steeds minder ruim te." Deze uitspraak van Daan Bruinooge verklaart misschien zijn over gang naar het provinciale pluche en omdat het nog steeds geldt heeft hij nu reeds aangekondigd om geen nieuwe periode meer gedeputeerde te zijn. In dit deel van het verhaal moet hij dat nog worden. Hij moet zelfs eerst nog afscheid nemen als wethouder. Bij die gelegenheid moet de toenmalige gemeentesecretaris Van Nassau over hem gezegd hebben: 88

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2000 | | pagina 90