Tenslotte KONINKLIJKE ZEELANDIA "Een vergeten eiland", schreef Kees Slager. Dat was bij de ramp, die zo desastreus in 1953 heeft toegeslagen. Maar in meer opzichten wordt er vanuit 'overig Zeeland', zeg maar gerust het Middelburgse, niet altijd adequaat op ontwikkelingen op Schouwen-Duiveland gereageerd. Neem de onvolprezen Zeeuwse Encyclopedie, een fantastische uitgave van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen in drie kloeke delen uit 1984; je komt er tevergeefs een trefwoord in tegen onder de naam H.J. Doeleman, ook niet onder M.Doeleman, zelfs niet onder Zeelandia. Alleen onder Zierikzee staan een paar regels over Zeelandia en wordt HJD genoemd. Elders in dit ZL-3 staat een verhaal over het bewuste genootschap. Wellicht dat het vernieuwde genootschap ooit overgaat - het had al veel eerder moeten gebeuren - tot een tweede druk van de encyclope die. Dan zal die omissie rechtgezet moeten worden. Misschien wordt ooit weieens het initiatief genomen tot geschiedschrijving van de Zeeuwse bedrijvigheid sinds 1870 of 1900. Dan zal Zeelandia daar een prominente plaats in krijgen. Schouwen-Duiveland is geen eiland meer. Wegverbindingen naar het noorden en het zuiden hebben 'het vergeten eiland' uit zijn isolement gehaald. Er is tijd voor nodig voordat dit isolement ook uit de hoofden van mensen is verdwenen. Maar de verandering is niet meer terug te draaien, noch tegen te houden. Honderd jaar na de ramp, in 2053, zal blijken hoe Schouwen-Duiveland in Zeeland en wijdere omtrek is geïntegreerd en hoe Zeelandia daarin van betekenis is geweest. 87

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 1999 | | pagina 89