VAKANTIE IN ZEELAND Uit de tabel en de grafiek blijkt duidelijk dat de groei van het aantal toeristische overnachtingen in Zeeland stagneert. Behoudens pieken en dalen schommelt het aantal toeristische vakanties al vanaf 1991 rond de 900.000 en het aantal overnachtingen rond de 6 a 7 miljoen. Het aantal overnachtingen op vaste standplaatsen is aan sterke schommelingen onderhevig en bepaalt in grote mate de jaar lijkse ontwikkelingen. De staatjes geven de provincieranglijsten voor 1998: Vakanties (min) op toeristische plaatsen 1998 Overnachtingen (min) op toeristische plaatsen I 998 I Gelderland 2,19 1 Gelderland 12,67 2 Limburg 1,69 2 Limburg 8,06 3 Noord-Brabant 1,05 3 Zeeland 6,63 4 Friesland 1,03 4 Overijssel 5,94 5 Overijssel 0,99 5 Friesland 5,69 6 Zeeland 0,95 6 Drenthe 5,62 Vakanties (min) op vaste standplaatsen 1998 Overnachtingen (min) op vaste standplaatsen 1998 1 Noord-Brabant 1,29 1 Noord-Brabant 6,28 2 Gelderland 0,93 2 Gelderland 5,75 3 Noord-Holland 0,58 3 Zeeland 3,31 4 Zeeland 0,57 4 Drenthe 2,61 5 Drenthe 0,48 5 Noord-Holland 2,56 6 Overijssel 0,29 6 Overijssel 2,04 De vierde plaats op de vakantieranglijst vertaalt zich naar een zesde plaats op de lijst met betrekking tot de toeristische vakanties en een vierde op die van de vaste standplaatsenvakanties. De derde plaats met betrekking tot het aantal overnachtingen resulteert in een tweetal derde plaatsen. Met betrekking tot het aantal toeristische overnachtingen is Zeeland op dezelfde plaats gebleven, met betrekking tot de overnachtingen op vaste standplaatsen een tweetal plaatsen gestegen. In de volgende grafiek wordt voor Zeeland een overzicht gegeven van de gemiddelde verblijfsduur van toeristische vakanties en vakanties op vaste standplaatsen (inclusief eigen zomerwoningen e.d.). Gemiddeld aantal overnachtingen per vakantie in Zeeland 1991-1998 vaste standplaatsen versus toeristische standplaatsen 202

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 1999 | | pagina 204