ARTS ZONDER GRENZEN ingedeeld en in aperte paniekstemming verkeerde. Ik engageerde hem direct als porteur en een dikke poilu bleek ook bereid een deel der bagage te dragen en zoo begaven wij ons te midden der Fransche soldaten in de richting van een juist aanleggende mijnenveger. Toen kwam de Fransche courtoisie tot zijn recht. Ik hoefde maar telkens te herhalen: 'Messieurs, voulez-vous lais ser passer madame?' of zij openden de rangen en lieten ons door. Hoe wij precies aan boord weet kwamen ik niet. Wel weet ik dat ik den dikken poilu met mijn kleren en mijn bloeddrukmeter nooit heb terug gezien en dat het joodje het valies met al Annies kleren in de Schelde heeft laten vallen, vol gens hem om het veege lijf te redden, dat anders in de Schelde gevallen zou zijn. 'Troost u maar', zei hij tegen Annie, 'ik heb ook niets.' Een week later zei hij tegen mij: 'Ik kan bij uw vrouw ook geen goed doen.' Wat kon hij anders venvachten na deze calamiteit op zijn geweten te hebben geladen? Het achtergelaten materieel bij het station. Ponton in de Vlissingse Buitenhaven. Hier lag de Franse duikbootjager (chasseur) die als laatste vluchtschip naar Breskens vertrok. Van Tricht spreekt over een mijnenveger. 124

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 1999 | | pagina 126