'Het loslaten van de realiteit ontwikkelt soms een eigen werkelijkheid.
Ervaringen in het landschap zijn de ervaringen van mist in de ochtend, van
duister in de avond, kleur als teken in de polder. Het zou voor mij moeilijk
zijn buiten Zeeland te schilderen. Een gebrek aan ruimte en ruimtelijkheid,
aan vlakken en vlakte. Zeeland begin al van ver: wie binnenkomt schuift
de ruimte in. Daar gebeurt niets en alles. Mensen, schepen, polders. Het
blauwen van de vlasvelden. De oogst. Al die okers, groenen, paarsen en
gelen, koude en donkere witten. Zeeland, dat is seizoenen, dat is werken,
dat is vlakvergroting. Het is schilderen en doorschilderen, studeren. Het
mag tenslotte best een beetje mooi zijn. Zo bereik je de kern van je land
schap. Je maakt het meer tot verf...'
120 x 110, 1997. Acrylverf op doek.
109