HONDERD JAAR RABOBANK voor de betaling van achterstallige rente. Gelukkig doet het men selijke beleid van Raiffeisen nog altijd opgeld, zodat het slechts in uitzonderlijke gevallen tot gedwongen liquidatie komt. Het coöperatieve boerenleenbankwezen heeft zich gedurende moei lijke jaren overal goed staande gehouden. In Terneuzen gaan de zaken zelfs uitstekend: in 1978 blijkt de boerenleenbank daar de grootste van Zeeland te zijn. Oppeppen van de streekeconomie Na deze mededelingen uit het verleden komen we ook met een recent bericht uit Zeeuws-Vlaanderen. Directeur A. Veerman van de Rabobank Aardenburg-Eede geeft in een interview 6 zijn mening over de Euregiogedachte, het bevorderen van grensover schrijdende contacten, vooral op zakelijk gebied. Hij ziet een gouden toekomst voor woon- en werkmogelijkheden in West- Zeeuws-Vlaanderen en pleit voor een collectieve presentatie die elders interesse wekt. In het kader van het honderdjarig bestaan van de Rabobanken wil hij een initiatief nemen om nieuw bedrijfsleven aan te trekken. De bank Aardenburg-Eede heeft flin ke bedragen gereserveerd om de economie in Zeeuws-Vlaanderen op te peppen. Koplopers op Walcheren: Kondekerke en Grijpskerke De eerste boerenleenbank op Walcheren werd op 24 februari 1909 opgericht te Koudekerke. Aarnout Aarnoudse, landbouwer van beroep, was de eerste kassier. Op vrije avonden ontving hij de boeren in zijn woning, waar de huiskamer dienst deed als wacht kamer. Dat was best gezellig, vooral op zaterdagavond, als echt genote Anna de kinderen in de wastobbe stopte. Hoewel officieel 1910 wordt vermeld als oprichtingsjaar van de bank in Grijpskerke, zijn de initiatiefnemers daar ook reeds in 1909 naar de notaris gestapt, op kerstavond nog wel. Het waren burgemeester S. Bosselaar, een aantal landbouwers uit Grijpskerke en Oostkapelle en de toekomstige kassier, wethouder A. de Visser van Grijpskerke. Het eerste bestuur bestond uit de heren J. de Wolf, C. Matthijssen, A. de Visser, C. den Hollander en P. Looise. Zoals de voorzitter van het huidige bestuur, de heer K. Poppe, in 1990 memoreerde, moeten de negen initiatiefnemers tot oprich ting van de bank gezien worden als pioniers. Ze hadden moed en ongetwijfeld dezelfde idealen als Raiffeisen. Dat alle begin moei lijk is, wordt misschien geïllustreerd door het feit dat in 1911 zegge en schrijve één voorschot werd verleend! In 1922 heeft de bank al zoveel klanten dat een hulpkassier kan worden aangesteld. Zijn eerste opdracht is het innen van boetes 68

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 1998 | | pagina 70