gelopen met de 'gouden tijd': de landbouw in Nederland is sterk
verouderd en Amerika begint met een grootscheepse export van
landbouwproducten naar Europa. Door verschillende oorzaken
komen de agrariërs in ons land in een diepe crisis. De moeilijk
heden zijn zo groot dat een systeem als dat van Raiffeisen hier
broodnodig is.
Begin van de coöperatieve boerenleenbanken
De eerste coöperatieve landbouwbank, helemaal volgens het
systeem van Raiffeisen, wordt in 1896 gesticht in Lonneker bij
Enschede. Twee jaar later, 12 juni 1898, richten zes banken
(Angerlo, Berkhout, Didam, Netterden, Uithoorn en Wognum) in
Utrecht een Coöperatieve Centrale Raiffeisenbank op. In datzelfde
jaar op 24 december komt de Coöperatieve Centrale Boerenleen
bank in Eindhoven tot stand, waarbij vooral de plaatselijke boe
renleenbanken uit Limburg en Brabant zich aansluiten.
De coöperatieve banken nemen spoedig in aantal toe. In 1905 zijn
bij Eindhoven 283 en bij Utrecht 320 banken aangesloten. In 1925
zijn die aantallen respectievelijk 537 en 710. Daarna blijft het
redelijk constant aan 'het front' tot ongeveer 1960, als de nieuwe
vestigingen als paddestoelen uit de grond gaan schieten. Tot die
tijd was de bank er vooral voor landbouwers, maar rond 1960
gaan de boerenleenbanken2 zich bezighouden met het financieren
van ambachts- en middenstandsbedrijven, van wie de vraag om
financiële hulp steeds groter wordt. Door de naoorlogse wel
vaartsgroei krijgen meer gezinnen behoefte aan een 'spaarbank'
en bedrijven gaan eisen dat hun medewerkers een betaalrekening
openen ten behoeve van salarisbetalingen.
De spaarpot is
meestal het begin van
de weg die naar de
spaarbank leidt.
In onze streken zijn
spaarpotten sinds de
Middeleeuwen in
gebruik. Wie weet
wat voor schat in dit
veertiende-eeuwse
exemplaar werd
bewaard!
oto ROB, Amersfoort.
Bodemvondst
Aardenburg)
Samenwerking Utrecht en Eindhoven
Tegen het einde van de jaren zestig komen de bankorganisaties in
Utrecht en Eindhoven tot de conclusie dat het beter is om inten
sief samen te werken. Na een turbulente tijd van veel vergaderen
wordt besloten één nieuw
dienstverlenend centrum te
stichten, waaronder dan onge
veer twaalfhonderd plaatselijke
banken vallen. Zij zullen alle de
naam Rabobank krijgen: een
samentrekking van 'Ra' van
Raiffeisen en 'bo' van Boeren.
Zo ontstaat in 1972 de Coöpe-
61
